groep gelijksoortige bedrijven (bv onderwijs of bouw)
1 / 18
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2
This lesson contains 18 slides, with text slides.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
22. Wat is een bedrijfstak?
groep gelijksoortige bedrijven (bv onderwijs of bouw)
Slide 1 - Slide
23. Wat is een CAO?
(en: wie sluiten deze af, voor wie geldt deze en wat staat erin?)
Collectieve arbeidsovereenkomst, gezamelijke afspraken over de arbeidsvoorwaarden. Werknemers en werkgevers uit een bedrijfstak spreken dit samen af. Wat staat erin:
werktijden
loon
vakantiedagen
Slide 2 - Slide
24. Wat is brutoloon?
Loon wat je met de werkgever hebt afgesproken en waarop nog niets is ingehouden.
Slide 3 - Slide
25. Wat is nettoloon?
Loon wat je ontvangt op je bankrekening.
Nettoloon = Brutoloon - inhoudingen
Slide 4 - Slide
26. Wat is het verschil tussen het brutoloon en het nettoloon?
de inhoudingen. Loonbelasting en sociale premies
Slide 5 - Slide
27. Waar bestaan inhoudingen uit?
Loonbelasting en sociale premies
Slide 6 - Slide
28. Wat is het minimumloon?
Het brutoloon dat een werknemer van 21 jaar en ouder minstens moet verdienen in een voltijdbaan
Slide 7 - Slide
29. Wat is het minimumjeugdloon?
Bij elke leeftijd onder de 21 is dit een percentage van het minimumloon. Hoe jonger, hoe lager het minimumjeugdloon is
Slide 8 - Slide
30. Waar gaat de Arbeidstijdenwet over?
Regels voor werk- en rusttijden
Slide 9 - Slide
31. Waar gaat de Arbowet over? (en: wat kun je doen ter voorkoming?)
Arbeidsomstandigheden, regels voor veilige en gezonde arbeidsomstandigheden. Bv: veiligheidsschoenen, helm, bril, voldoende daglicht, goede stoel en goed beedscherm
Slide 10 - Slide
32. Wanneer ben je werkloos?
(je moet 3 voorwaarden weten)
Als je wilt werken, maar er geen werk voor je is.
Je moet wel:
tussen de 15 en pensioenleeftijd zijn
geen baan hebben
actief opzoek zijn naar werk
Slide 11 - Slide
33. Wat is ontslag?
(en: welke redenen kunnen er zijn, en wie kan dit doen?)
Als de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd. Redenen:
er is geen werk meer
je wilt ander werk gaan doen
de werknemer heeft zich misdragen
De werkgever (kan ontslaan) en werknemer (kan ontslag nemen) kunnen dit allebei doen
Slide 12 - Slide
34. Wat is een opzegtermijn?
(en: wie moet zich daar aan houden en hoe lang duurt deze?)
Tijd die tussen ontslag en einddatum van het werk zit. Tijd voor de werkgever om op zoek te gaan naar een nieuwe kracht, tijd voor de werknemer om op zoek te gaan naar ander werk. Opzegtermijn is vaak 2 of 1 maand
Slide 13 - Slide
35. Wat is de WW?
(en: welke betekenis heeft ww en wanneer is hier recht op?)
WerkloosheidsWet: uitkering die je kunt krijgen als je werkloos geraakt bent. Heb je recht op als je:
buiten je schuld bent ontslagen
als je minimaal 26 weken gewerkt hebt
als je beschikbaar bent voor werk
Slide 14 - Slide
36. Wat is het UWV?
(en: welke 3 dingen doen ze?)
UWV: overheidsinstelling. Je moet er staan ingeschreven, ze kijken of je recht hebt op een ww-uitkering en ze helpen ook met het zoeken naar ander werk.
Slide 15 - Slide
37. Hoe lees je een lijndiagram?
(denk aan wat op de y-as vermeld staat bij grote getallen of bedragen)
op de y-as staan de getallen, bedragen. Op de x-as waar het om gaat
Slide 16 - Slide
38. Wat zijn technologische ontwikkelingen?
(en: waar kunnen ze uit bestaan
Robots, machines en computers zorgen ervoor dat werk overgenomen wordt van mensen. Er komen ook nieuwe beroepen uit voort.