This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Herhaling/ voorbereiding proefwerk
H.3 Chili
Slide 1 - Slide
Met welke schaal worden aardbevingen gemeten?
A
Schaal van Richter
B
Schaal van Köppen
C
Schaal van Buys Ballot
D
Schaal van Swifter
Slide 2 - Quiz
Waar of niet waar? Voordat lava naar buiten komt heet het magma.
A
Waar
B
Niet waar
Slide 3 - Quiz
Voor de kust bij een subductiezone ontstaat een heel diep stuk in de zeebodem, dit heet een ...
A
Trog
B
Kloof
C
Ravijn
D
Vallei
Slide 4 - Quiz
A
Transform
B
Convergent
C
Divergent
D
Subductie
Slide 5 - Quiz
A
Convergent
B
Subductie
C
Transversaal
D
Divergent
Slide 6 - Quiz
De uitbarsting op de foto is:
A
Explosief
B
Effusief
Slide 7 - Quiz
De Juan Fernandez eilanden zijn ontstaan door:
A
Een hotspot
B
Divergentie
C
Subductie
D
Convergentie
Slide 8 - Quiz
Wat zorgt er voor dat de aardplaten kunnen bewegen?
A
De draaiing van de aarde zorgt voor het schuiven van de platen.
B
Magma stromen onder de aardkorst duwen tegen de aardplaten.
C
Het tij van de oceaan duwt de aardplaten steeds een stukje vooruit.
D
Alle antwoorden zijn juist
Slide 9 - Quiz
Bij welke plaatbeweging ontstaan de meeste stratovulkanen?
A
Convergentie
B
Transform
C
Subductie
D
Divergentie
Slide 10 - Quiz
Hoe heet dit type vulkaan?
A
Caldeira
B
Schildvulkaan
C
Spleeteruptie
D
Stratovulkaan
Slide 11 - Quiz
De Humboldtstroom zorgt in Chili voor een ....... klimaat.
A
Droog
B
Vochtig
Slide 12 - Quiz
In welke fase van demografische transitie zit Chili?
A
Fase 2
B
Fase 3
C
Fase 4
D
Fase 5
Slide 13 - Quiz
Iemand doet twee uitspraken: I Een aardbeving van 5 op de Schaal van Richter is tien keer zo zwaar als een aardbeving van op 4 op de Schaal van Richter. II Soms ontstaan aardbevingen en tsunami’s in Chili op hetzelfde moment, maar meestal niet.
A
Uitspraak I is juist. Uitspraak II is onjuist
B
Beide uitspraken zijn juist
C
Beide uitspraken zijn onjuist
D
Uitspraak I is onjuist
Uitspraak II is juist
Slide 14 - Quiz
Welke begrippen hebben te maken met aardbevingen in Chili
A
Convergentie, oud gebergte, subductie
B
Divergentie, jong gebergte, tsunami
C
Divergentie, oud gebergte, subductie
D
Convergentie, subductie, tsunami
Slide 15 - Quiz
Een seismisch gat is:
A
een groot gat voor de kust van Chile waar veel tsunami’s voorkomen.
B
een gebied waar al lang geen zware aardbeving is voorgekomen.
C
een gebied waar door de vele vulkanen veel seismische trillingen ontstaan.
D
de naam die in Chile wordt gegeven aan grote aardbevingen waarbij gaten in de grond ontstaan.
Slide 16 - Quiz
Waar ontstaan de meeste vulkanen op aarde?
A
bij convergentie van een oceanische en een continentale plaat
B
bij convergentie van twee continentale platen
C
bij divergentie van twee platen
D
midden op platen
Slide 17 - Quiz
Iemand doet twee uitspraken: I Het eiland het verst weg van een hotspot is het oudste eiland van de hotspot-archipel. II Het voorkomen van hotspots in de Grote Oceaan is een van de verklaringen voor het ontstaan van warme zeestromen.
A
Uitspraak I is juist. Uitspraak II is onjuist
B
Beide uitspraken zijn juist
C
Beide uitspraken zijn onjuist
D
Uitspraak I is onjuist
Uitspraak II is juist
Slide 18 - Quiz
Stratovulkaan
Schildvulkaan
Stroperig magma
Effusief
Explosief
Vloeibaar magma
Slide 19 - Drag question
Sleep het getal steeds naar juist als de stelling klopt en onjuist als de stelling niet klopt.
1. Bij hotspots ontstaan meestal schildvulkanen.
2. Bij schildvulkanen kan ook sprake zijn van pyroclastische stromen
3. Een verstopte kraterpijp is een oorzaak van explosieve vulkaanuitbarstingen.
4. Metamorf gesteente ontstaat door vulkanisme.
Onjuist
Onjuist
Onjuist
Onjuist
Juist
Juist
Juist
Juist
1
2
3
4
Slide 20 - Drag question
Sleep de begrippen naar de juiste plek.
Je houdt begrippen over
Gesteentesoort
Gesteentesoort
Stratovulkaan
Oceanische korst
Continentale korst
Trog
Mantel
Subductie
Basalt
Graniet
Opstijgend magma
Schildvulkaan
Marmer
lava
Slide 21 - Drag question
Sleep de afbeelding naar het juiste klimaatgebied.