Toets 3 HV hoofdstuk 3 Chili

Toets hoofdstuk 3 Chili
1 / 18
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Toets hoofdstuk 3 Chili

Slide 1 - Slide

Iemand doet twee uitspraken:
I Een aardbeving van 5 op de Schaal van Richter is tien keer zo zwaar als
een aardbeving van op 4 op de Schaal van Richter.
II Soms ontstaan aardbevingen en tsunami’s in Chili op hetzelfde moment,
maar meestal niet.
A
Uitspraak I is juist. Uitspraak II is onjuist
B
Beide uitspraken zijn juist
C
Beide uitspraken zijn onjuist
D
Uitspraak I is onjuist Uitspraak II is juist

Slide 2 - Quiz

Welke begrippen hebben te maken met aardbevingen in Chili
A
Convergentie, oud gebergte, subductie
B
Divergentie, jong gebergte, tsunami
C
Divergentie, oud gebergte, subductie
D
Convergentie, subductie, tsunami

Slide 3 - Quiz

Een seismisch gat is:
A
een groot gat voor de kust van Chile waar veel tsunami’s voorkomen.
B
een gebied waar al lang geen zware aardbeving is voorgekomen.
C
een gebied waar door de vele vulkanen veel seismische trillingen ontstaan.
D
de naam die in Chile wordt gegeven aan grote aardbevingen waarbij gaten in de grond ontstaan.

Slide 4 - Quiz

Waar ontstaan de meeste vulkanen op aarde?
A
bij convergentie van een oceanische en een continentale plaat
B
bij convergentie van twee continentale platen
C
bij divergentie van twee platen
D
midden op platen

Slide 5 - Quiz

Stratovulkaan
Schildvulkaan
Stroperig magma
Effusief
Explosief
Vloeibaar magma

Slide 6 - Drag question

Sleep het getal steeds naar juist als de stelling klopt en onjuist als de stelling niet klopt.
1. Bij hotspots ontstaan meestal schildvulkanen.
2. Bij schildvulkanen kan ook sprake zijn van pyroclastische stromen
3. Een verstopte kraterpijp is een oorzaak van explosieve vulkaanuitbarstingen.
4. Metamorf gesteente ontstaat door vulkanisme. 
Onjuist
Onjuist
Onjuist
Onjuist
Juist
Juist
Juist
Juist
1
2
3
4

Slide 7 - Drag question

Iemand doet twee uitspraken:
I Het hooggebergteklimaat komt in Chili zowel in het noorden als in
het zuiden voor.
II Het zuiden van Chili heeft een mediterraan klimaat door
overheersende aanlandige winden.
A
Uitspraak I is juist. Uitspraak II is onjuist
B
Beide uitspraken zijn juist
C
Beide uitspraken zijn onjuist
D
Uitspraak I is onjuist Uitspraak II is juist

Slide 8 - Quiz


Welk klimaat komt niet voor in Chili?
A
Cf
B
Df
C
EH
D
BW

Slide 9 - Quiz

Iemand doet twee uitspraken:
I Het eiland het verst weg van een hotspot is het oudste eiland van de
hotspot-archipel.
II Het voorkomen van hotspots in de Grote Oceaan is een van de
verklaringen voor het ontstaan van warme zeestromen.
A
Uitspraak I is juist. Uitspraak II is onjuist
B
Beide uitspraken zijn juist
C
Beide uitspraken zijn onjuist
D
Uitspraak I is onjuist Uitspraak II is juist

Slide 10 - Quiz

Bij aardrijkskunde kunnen we een land vanuit verschillende dimensies bestuderen. Vanuit welke dimensie kijken we naar Chili als het gaat over geboortecijfers en sterftecijfers?
A
Fysische dimensie
B
Sociaal-culturele dimensie
C
Politieke dimensie
D
Demografische dimensie

Slide 11 - Quiz

Sleep het getal steeds naar juist als de stelling klopt en onjuist als de stelling niet klopt.
1. De Humboldstroom is een koude zeestroom. 
2.Omdat Chili op het westelijk halfrond ligt, lopen zij 1 seizoen achter.
3. Tussen de 20° en 40° Z.B. ligt boven Chili een lagedrukgebied . 
4. Door de aanlandige wind ontstaan stuwingsregens in Noord-Chili. 
Onjuist
Onjuist
Onjuist
Onjuist
Juist
Juist
Juist
Juist
1
2
3
4

Slide 12 - Drag question

Leg aan de hand van een klimaatfactor uit waarom de boomgrens in Andes niet overal op dezelfde hoogte liggen.

Slide 13 - Open question

Convergente breuk
Divergente breuk
Transforme breuk
Nieuwe aardkorst
Aardbevingen
Korst verdwijnt
Mid-oceanische rug
Gebergtevorming / plooiing
Aardbevingen

Slide 14 - Drag question

Sleep de begrippen naar de juiste plek. Elk doel heeft 1 begrip. Je houdt begrippen over
Gesteentesoort
Gesteentesoort
Stratovulkaan
Oceanische korst
Continentale korst
Trog
Mantel
Subductie
Basalt
Graniet
Opstijgend magma
Schildvulkaan
Marmer
lava

Slide 15 - Drag question

Bekijk de afbeelding
Leg uit hoe deze krater is ontstaat als gevolg
van een uitbarsting. Je antwoord moet een
oorzaak-gevolgrelatie bevatten.

Slide 16 - Open question

Stollings-
gesteente
Afkoeling
Verwering en erosie
Smelten
Sediment
Metamorf gesteente
Sediments-
gesteente
Samenpersen
Hitte en druk

Slide 17 - Drag question

Sleep de afbeelding naar het juiste klimaatgebied.

Slide 18 - Drag question