Chili oefentoets

Chili -  wat weet jij 
1 / 36
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Chili -  wat weet jij 

Slide 1 - Slide

Welk type vulkaan en type vulkanisme komt het meest voor in Chili?
A
schildvulkaan effusief vulkanisme
B
stratovulkaan effusief vulkanisme
C
hotspotvulkaan explosief vulkanisme
D
stratovulkaan explosief vulkanisme

Slide 2 - Quiz

Welk type plaatbeweging is verantwoordelijk voor het vulkanisme in Chili?
A
De Nazcaplaat en de Amerikaanse plaat bewegen divergent.
B
De Zuid-Amerikaanse plaat duikt onder de Nazcaplaat.
C
Een hotspotbeweging
D
De Nazcaplaat duikt onder de Zuid-Amerikaanse plaat.

Slide 3 - Quiz

Convergente breuk
Divergente breuk
Transforme breuk
Nieuwe aardkorst
Aardbevingen
Korst verdwijnt
Mid-oceanische rug
Gebergtevorming / plooiing

Slide 4 - Drag question

Hypocentrum
Epicentrum

Slide 5 - Drag question

Tekst
Effussieve uitbarsting
Explosieve uitbarsting 
basalt
pyroclastische stroom 
hotspot
subductie
 stratovulkaan 
graniet 
stroperig magma
schildvulkaan 
caldeira 
vloeibaar magma

Slide 6 - Drag question

Eens in de zoveel jaar wijkt de weersituatie in Zuid-Amerika als gevolg van El Nino af van de normale weersituatie . Geef in deze tekening de normale weersituatie weer.
Droog
Neerslag

Slide 7 - Drag question

Sleep de begrippen naar de juiste plek. Geef een El Niño-situatie weer. 
Warmer water dan normaal
Kouder water
dan normaal
Natter dan normaal

Droger dan normaal

Slide 8 - Drag question

Sleep de afbeelding naar het juiste klimaatgebied.

Slide 9 - Drag question

Op de kaart zijn met stippen plekken aangegeven waar vulkanisme voorkomt. Hoe noemen we deze plekken?

A
Mantelpluimvulkanen
B
Schildvulkanen
C
Caldeiravulkanen
D
Hotspot

Slide 10 - Quiz

Sleep de begrippen naar de juiste plek. 
Gesteentesoort
Gesteentesoort
Stratovulkaan
Oceanische korst
Continentale korst
Trog
Mantel
Subductie
Basalt
Graniet

Slide 11 - Drag question

Magma
Lava
schildvulkaan
Caldera
Stratovulkaan
Hotspot
Heet, vloeibaar gesteente in de aardmantel. Hetzelfde als lave, maar dan onder de grond
Vloeibaar gesteente dat uit de aarde komt 
Vulkaan met flauwe helling en rustige uitbarstingen, meestal ontstaan op een divergente plaatgrens 
Krater die is ontstaan door een vulkaanuitbarsting 
Explosieve vulkaan met steile wanden, ontstaan door subductie
Zwakke plek in de aardkorst waardoor magma omhoogkomt, zodat vulkanen ontstaan

Slide 12 - Drag question

Stratovulkaan
Hotspot
schildvulkaan
Caldera

Slide 13 - Drag question

De Atacamatrog bevindt zich
A
ten westen van Zuid-Amerika
B
In het hoogland van Zuid-Amerika
C
In het Andesgebergte
D
te oosten van Zuid-Amerika

Slide 14 - Quiz

Op de afbeelding zie je ...
A
Aanlandige wind
B
Aflandige wind

Slide 15 - Quiz

De Humboldtstroom zorgt in Chili voor een ....... klimaat.
A
Droog
B
Vochtig

Slide 16 - Quiz

Stratovulkaan
Schildvulkaan
Stroperig magma
Effusief
Explosief
Vloeibaar magma

Slide 17 - Drag question

Sleep het getal steeds naar juist als de stelling klopt en onjuist als de stelling niet klopt.
1. Bij hotspots ontstaan meestal schildvulkanen.
2. Bij schildvulkanen kan ook sprake zijn van pyroclastische stromen
3. Een verstopte kraterpijp is een oorzaak van explosieve vulkaanuitbarstingen.
4. Metamorf gesteente ontstaat door vulkanisme. 
Onjuist
Onjuist
Onjuist
Onjuist
Juist
Juist
Juist
Juist
1
2
3
4

Slide 18 - Drag question

Sleep het getal steeds naar juist als de stelling klopt en onjuist als de stelling niet klopt.
1. De Humboldstroom is een koude zeestroom. 
2.Omdat Chili op het westelijk halfrond ligt, lopen zij 1 seizoen achter.
3. Tussen de 20° en 40° Z.B. ligt boven Chili een lagedrukgebied . 
4. Door de aanlandige wind ontstaan stuwingsregens in Noord-Chili. 
Onjuist
Onjuist
Onjuist
Onjuist
Juist
Juist
Juist
Juist
1
2
3
4

Slide 19 - Drag question

Sleep de begrippen naar de juiste plek. 
Je houdt begrippen over
Gesteentesoort
Gesteentesoort
Stratovulkaan
Oceanische korst
Continentale korst
Trog
Mantel
Subductie
Basalt
Graniet
Opstijgend magma
Schildvulkaan
Marmer
lava

Slide 20 - Drag question

Sleep de afbeelding naar het juiste klimaatgebied.

Slide 21 - Drag question

Stollingsgestente
Afkoeling
Verwering en erosie
Smelten
Sediment
Metamorf gesteente
sedimentgesteente
samenpersen
Hitte en druk

Slide 22 - Drag question

Stollingsgesteente dat ontstaat bij vulkaanuitbarstingen en veel in de oceanische korst voorkomt
A
Graniet
B
Hotspot
C
Aardkorst
D
Basalt

Slide 23 - Quiz

Wat voor vulkanen komen voor bij hotspots?
A
Alle soorten vulkanen
B
Stratovulkanen
C
Caldera
D
Schilvulkanen

Slide 24 - Quiz

Bij aardrijkskunde kunnen we een land vanuit verschillende dimensies bestuderen. Vanuit welke dimensie kijken we naar Chili als het gaat over geboortecijfers en sterftecijfers?
A
Fysische dimensie
B
Sociaal-culturele dimensie
C
Politieke dimensie
D
Demografische dimensie

Slide 25 - Quiz

Op het kaartje is de breuklijn voor de kust van Java weergegeven, evenals de diepte van de aardbevingshaard. Welke stelling is juist?

(je kunt het kaartje inzoomen door er op te klikken)
A
Hoe verder van de breuklijn hoe dieper de aardbevingshaard.
B
Hoe verder van de breuklijn hoe ondieper de aardbevingshaard.
C
Er is geen verband tussen de diepte van de aardbevingshaard en de afstand tot de breuklijn.
D
Aardbevingshaarden liggen niet minder dan 35 km diep.

Slide 26 - Quiz

Welke twee temperatuurfactoren bepalen dat er een gematigde klimaat voorkomt in Zuid-Chili?

Slide 27 - Open question

Koper is een belangrijk exportproduct van Chili. Voordat het wordt geëxporteerd wordt de koper eerst bewerkt. Noem hiervan twee economische voordelen.

Slide 28 - Open question

Een welvarend land heeft een                  urbanisatiegraad

en een                                                             urbanisatietempo
Hoge
Hoog
Lage
Laag

Slide 29 - Drag question

dagbouw
schachtbouw
plantagebouw
ontginningsbouw

Slide 30 - Drag question

De bevolking van Chili kun je beschrijven op basis van economische kenmerken. Op basis van welke 3 andere kenmerken kun je de bevolking nog meer beschrijven?

Slide 31 - Open question

Petje op, petje af
Een voor een komt er een stelling voorbij. Je moet aangeven of het waar of niet waar is. Heb je het fout ga je zitten. Je krijgt telkens 15 seconden bedenktijd. Bij elke nieuwe vraag gaan degene die nog meedoen staan. 
Petje op (Staan) = stelling is waar
Petje af (Zitten) = stelling is niet waar

Slide 32 - Slide

Stellingen
  • Rond Santiago vindt je een mediterraan klimaat
  • Stuwingsregen valt aan de oostkant van het Andesgebergte
  • Het epicenter is het diepste punt van de aardbeving
  • Plaatbewegen ontstaan door convectiestromen onder de aardkorst
  • Een caldeira is een grote komvormige krater
  • El Nino heeft alleen gevolgen op lokale en regionale schaal
timer
0:15

Slide 33 - Slide

Stellingen
  • Overstromingen zijn geen gevolg van El Nino
  • Een effusieve vulkaan is hetzelfde als een stratovulkaan
  • Twee platen bewegen van elkaar af noem je convergentie
  • Een ander woord voor aanlandige wind is zeewind
  • Het woestijn- en steppeklimaat vindt je in Chili
  • De loefzijde van de berg is waar veel neerslag valt
timer
0:15

Slide 34 - Slide

Stellingen
  • Het minder eenzijdig maken van de economie noem je diversificatie
  • Chili telt ongeveer 500 stratovulkanen
  • Graniet onstaat bij langzame afkoeling van lava
  • Een gebied waar lang geen aardbeving meer heeft plaatsgevonden wordt een trog genoemd
  • Des te zuidelijker in Chili hoe natter en kouder het wordt
timer
0:15

Slide 35 - Slide

Stellingen
  • Uitbarstingen van een schildvulkaan zijn rustig van aard
  • Pyroclastische stroom komt voor bij stratovulkanen
  • Koper is het belangrijkste exportproduct van Chili
  • Divergentie is het uit elkaar drijven van platen
  • Hotspot is een plek waar een mantelpluim door de aardkorst brandt 
timer
0:15

Slide 36 - Slide