H4E - les 2; 14/2 Argumentatiestructuren

1 / 24

Slide 1: Slide

NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 24 slides, with text slides and 1 video.

Lesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Welkom H4E

Boeken, laptop/schrijfmateriaal op tafel.

Slide 2 - Slide

Leerdoelen

We kennen de basisbegrippen van overtuigen
We weten wat wordt bedoeld met aanvaardbaarheid van argumentatie
We kennen de drie argumentatiestructuren

Slide 3 - Slide

Overtuigen

Slide 4 - Slide

Standpunt en argument

Standpunt want argument

Slide 5 - Slide

Standpunt en argument

Ik vind standpunt want argument

Slide 6 - Slide

Standpunt en argument

In een tekst vaak zonder de signaalwoorden:

Je moet stoppen met roken, het is slecht voor je

Slide 7 - Slide

Standpunt en argument

S staat niet altijd voorop!

Het is slecht voor je, je moet stoppen met roken

Slide 8 - Slide

Standpunt en argument

Let op:

argument is niet hetzelfde als argumentatie

Slide 9 - Slide

Tegenargument en weerlegging

Slide 10 - Slide

Tegenargument en weerlegging

Tegenargument

Weerlegging

Slide 11 - Slide

Tegenargument en weerlegging

Tegenargument

Laat zien dat stelling onjuist is.

Weerlegging

Laat zien dat argument onjuist is.

Slide 12 - Slide

Feitelijk of waarderend

Feitelijk

Waarderend

Slide 13 - Slide

Feitelijk of waarderend

Feitelijk

Controleerbaar, dus meetbaar, weegbaar of telbaar

Waarderend

Niet vast te stellen of het waar is, is een oordeel

Slide 14 - Slide

Oplossen of beslechten

Oplossen

Beslechten

Slide 15 - Slide

Oplossen of beslechten

Oplossen

Tegenstanders bereiken een akkoord, vaak een compromis

Beslechten

Een instantie (iemand) besluit wat waar is.

Slide 16 - Slide

Leerdoelen

We kennen de basisbegrippen van overtuigen
We weten wat wordt bedoeld met aanvaardbaarheid van argumentatie
We kennen de drie argumentatiestructuren

Slide 17 - Slide

Aanvaardbaarheid

Feiten (feitelijke argumenten)

kan je controleren m.b.v. kennis

Slide 18 - Slide

Aanvaardbaarheid

Feiten (feitelijke argumenten)

kan je controleren m.b.v. kennis

Niet-feiten (waarderende argumenten)

kan je niet controleren

vaak 'impliciete overeenstemming'

meer uitleg nodig, verdere onderbouwing

Slide 19 - Slide

Argumentatiestructuren

Laten we maar even een filmpje kijken

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Argumentatiestructuren

Welke drie structuren zijn er?

Hoe vind je de structuur?

Slide 22 - Slide

Argumentatiestructuren

Welke drie structuren zijn er?

Hoe vind je de structuur?

Altijd m.b.v. de formule:

Ik vind X, want Y

Slide 23 - Slide

Aan het werk 1 + 2

Lees H 19, blz 102-103

Kijk of je alles weet & snapt

Maak opdracht 1 tot en met 7

Werk vooral samen met je buurmens!

Ik loop langs voor alles wat je wilt weten.

Slide 24 - Slide

H4E - les 2; 14/2 Argumentatiestructuren

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

More lessons like this

H4E - les 2; 14/2 Argumentatiestructuren

16-09 M3a Argumentatiestructuren

H4E - les 2; 9/2 overtuigen

Communicatie - Argumentatieleer - les 3

H4E - les 2; 7/2 overtuigen

Communicatie - Argumentatieleer - les 3

H4E - les 2; 3/2 overtuigen

Herhaling argumenteren 4 vwo 2023