Les 5: Derde afweerlinie en immuniteit

Derde afweerlinie en immuniteit
1 / 16
next
Slide 1: Slide
BiologieMBOStudiejaar 2

This lesson contains 16 slides, with text slides.

Items in this lesson

Derde afweerlinie en immuniteit

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
  • De student beschrijft de specifieke en aspecifieke afweer als reactie op lichaamsvreemde en lichaamseigen stoffen en cellen. 
  • De student vertelt de kenmerken van natuurlijke en kunstmatige immuniteit en van actieve en passieve immuniteit. 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Zelftest: Tot welke afweerlinie behoren deze begrippen?
Tijd: 30 sec

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Antwoorden

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Waar waren we ook al weer?
Eerste afweerlinie: Huid en slijvliezen (aangeboren en a-specifiek).
Tweede afweerlinie: Fagocytose (door macrofagen), NK-cellen, ontstekingsreactie (o.a. koorts). Aangeboren en a-specifiek.

Derde afweerlinie: Specifieke afweer tegen één soort ziekteverwerkker. Bestaat uit de B- en T-cellen. 


Slide 5 - Slide

This item has no instructions

B- en T-lymfocyten
  • Typen witte bloedcellen
  • Specifieke afweer
Functie:
Na contact plasmacellen maken, die weer de juiste antilichamen produceren.
Geheugencellen produceren voor in de toekomst.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

T-lymfocyt
  • Type witte bloedcel, te onderscheiden in:

  • Cytotoxische t-cellen  (Tc-cel)
        en
  • T-helpercellen (Th-cel)

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Cytotoxische T-cellen
Taak: Net zoals NK-cellen de dood van cellen in gang zetten (apoptose).
Deze cellen moeten wel eerst geïnfecteerd zijn. En matchen met het type ziekteverwekker waar hij voor gemaakt is.
Vaak zijn macrofagen (van de niet-specifieke
 afweer) al eerder aan het werk.

Slide 8 - Slide

Voorbeeld: Tc-cel krijgt opdracht voor de mazelen. Kan alleen lichaamscellen die geïnfecteerd zijn met de mazelen dood maken.
Apoptose door het enzym perforine. Daarna: Delen -->  meer Tc-cellen en Tc geheugencellen.

Slide 9 - Slide

Ct-cel herkent de geïnfecteerde cel als zodanig door de receptoren op het celmembraan passen.
Apoptose opnames gedurende 61 uur

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

T-helpercellen
Taak: Communicatie met behulp van cytokinen:

Stoffen die een rol spelen als boodschapper om cellen van het afweersysteem te remmen of juist te activeren. 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

T-helpercellen
  • Stimuleren de productie van plasmacellen (B-cellen die antilichamen aanmaken) (vorige les)
  • Stimuleren de werking van Tc-cellen (cytotoxische T-cellen)

  • Meer T-helpercellen aanmaken
  • Moet zelf ook geactiveerd worden! Door een antigeen presenterende cel (APC).

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Antigeen presenterende cel
  • Fagocyterende cellen die de ziekteverwekker opeten en een stukje antigeen op hun membraan plakken

Slide 13 - Slide

Om te laten zien dat de fagocyt er mee in contact is geweest
Immuniteit
  • Is de weerstand tegen lichaamsvreemde stoffen.
  • Er zijn 4 kenmerken van immunisatie

Te onderscheiden met één simpele vraag:

  • Wie maakt de antistoffen?

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
  • De student beschrijft de specifieke en aspecifieke afweer als reactie op lichaamsvreemde en lichaamseigen stoffen en cellen.
  •  De student vertelt de kenmerken van natuurlijke en kunstmatige immuniteit en van actieve en passieve immuniteit.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions