This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
timer
10:00
Slide 1 - Slide
Vorige les
Tekstopbouw
Kernzinnen
Hoofdstructuren
Bijzaken
Slide 2 - Slide
Leerdoelen
Aan het einde van de les weet ik...
....welke leesstrategieën er zijn.
....weet ik welke leesstrategieën ik het beste kan toepassen.
Slide 3 - Slide
Wat is geen manier om een inleiding te schrijven
A
Aanleiding voor schrijven benoemen
B
Vragen stellen
C
Samenvatting geven
D
Onderwerp aankondigen
Slide 4 - Quiz
Kernzin staat niet in de ..... volgende zin
A
eerste
B
tweede
C
derde
D
laatste
Slide 5 - Quiz
Leesstrategieën
Waarom gebruiken we leesstrategieën?
Welke leesstrategie je gebruikt hangt af van je doel.
Slide 6 - Slide
Oriënterend
Doel: je gebruikt oriënterend lezen om uit te zoeken of een tekst voor jou bruikbaar is.
Titel
Flaptekst
Inleiding
1ste alinea
Inhoudsopgave
Tussenkopjes
Soms ook de schrijver
Slide 7 - Slide
Globaal lezen
Doel: je gebruikt globaal lezen als je op zoek bent naar de hoofdzaken / hoofdgedachte van een tekst.
Titel
Eerste en laatste alinea
Tussenkopjes
Eerste zin van iedere alinea
Afbeeldingen
Slide 8 - Slide
Intensief lezen
Doel: je gaat de tekst helemaal lezen en kijkt naar de structuur van de tekst. Je weet wat het onderwerp en de hoofdgedachte van de tekst zijn.
Moeilijke woorden opzoeken
Aandachtig lezen
Kijkt hoe de alinea's samenhangen en op elkaar aansluiten
Zoekt naar het onderwerp en de deelonderwerpen
Slide 9 - Slide
Zoekend lezen
Doel: je gebruikt zoekend lezen om de tekst te 'scannen' naar informatie die voor jou belangrijk is.
Steekwoorden en trefwoorden
Internet of in de catalogus (encyclopedie)
Zoekresultaten
Heb je de informatie gevonden, dan ga je dat stuk intensiever lezen
Slide 10 - Slide
Kritisch lezen
Doel: afvragen wat het doel van de schrijver is en of de informatie wel klopt.
Tekstdoel van de schrijver
Beoordelen of informatie/feiten wel kloppen
Bron bekijken
Slide 11 - Slide
Studerend lezen
Doel: belangrijke informatie/stof onthouden
Eerst globaal lezen
Hoofdgedachte vinden
Intensief lezen
Samenvatten of markeren
Slide 12 - Slide
Opdracht
Open les 4 in LessonUp (onder het kopje begrijpend lezen).
Maak vervolgens zelf slide 13 t/m 29.
Maak daarna het huiswerk (zie laatste slide)
Slide 13 - Slide
https:
Slide 14 - Link
Hoe lees je deze bladzijde?
A
globaal
B
oriënterend
C
zoekend
D
intensief
Slide 15 - Quiz
Waarom zou je deze bladzijde het best zoekend kunnen lezen?
Slide 16 - Open question
https:
Slide 17 - Link
Stel je voor dat je graag kookt. Je hebt deze kok al eens op televisie gezien in een leuk programma en je vindt dat hij heel lekkere recepten kookt. Hoe lees je dit artikel dan?
Slide 18 - Open question
Wat is de goede volgorde als je op begrijpend lezen toets moet maken?
A
oriënt.,glob., waar gaat tekst over, intens., kernzin, signaalw.
B
oriënt., waar gaat tekst over., glob., kernzin, signaalw.
C
waar gaat tekst over, oriënt., glob., instens. kernzin, signaalw.
D
glob., oriënt., waar gaat tekst over, intens., kernzin., signaalw.
Slide 19 - Quiz
https:
Slide 20 - Link
Wat is het leesdoel dat bij deze tekst hoort?
A
amuseren
B
overtuigen
C
informeren
D
activeren
Slide 21 - Quiz
https:
Slide 22 - Link
Wat is het doel van deze tekst?
A
informeren
B
opiniëren/overtuigen
C
amuseren
D
activeren
Slide 23 - Quiz
verkennend zoekend
Klopt deze
informatie wel?
je bladert door de een artikel uit een
krant of tijdschrift krant of tijdschrift
timer
1:00
nauwkeurig
kritisch
Je wilt weten wat voor tekst het is en of het bruikbaar is.
Je wilt de tekst begrijpen.
Je wilt een vraag beantwoord zien.
Leertekst uit een schoolboek.
Een informatief artikel op internet.
Slide 24 - Drag question
informeren overtuigen
Aanzetten om
iets te doen
menukaart, hand- tijdschriftartikel
leiding, nieuws met achtergrond-
informatie
beschouwen
activeren
Feitelijke informatie en objectief
Je krijgt veel informatie waarmee je een eigen mening kunt vormen
Schrijver neemt stelling in over een bepaald onderwerp
recensie, ingezonden brief
advertenties
Slide 25 - Drag question
1. Justin Bieber is een topartiest omdat hij veel
hits op zijn naam heeft staan.
2. Op tijd je huiswerk maken zorgt voor een
overzichtelijke week, maar hierdoor heb je
soms minder tijd voor je vrienden.
3. Steeds meer mensen maken gebruik van
elektrische auto's.
4. Stop met het drinken van frisdranken en
energiedrankjes voor het behoud van je
tanden.
5. Stem tijdens de verkiezingen op 10 april op
de boerenpartij!
6. Gedachten gedicht, ogen geopend.
informeren
beschouwen
overtuigen
activeren
amuseren
overtuigen
Slide 26 - Drag question
Welk onderdeel vind jij nog lastig?
Slide 27 - Open question
Leesstrategieën
Wil je meer weten over leesstrategieën? Scan dan de QR-code voor een filmpje over leesstrategieën.
1. Welke vragen stel je per leesstrategie?
2. Waar let je op in de tekst?
3. Wanneer gebruik je deze strategie?
4. Waarom gebruik je deze strategie?
timer
8:00
Slide 28 - Slide
Huiswerk
Maak dan opdracht 1 en opdracht 2 op bladzijde 93, 94 en 95 in Op Niveau.