Wonen in Nederland 2.1 nw

Wonen in Nederland
H2 Rivieren

1 / 49
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 49 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Wonen in Nederland
H2 Rivieren

Slide 1 - Slide

Je leert:
  • Welke soorten rivieren er zijn
  • Hoe het lengteprofiel van een rivier is opgebouwd
  • Wat verval en verhang inhouden
  • Wat een stroomgebied is

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Slide

Functies van
rivieren?

Slide 5 - Mind map

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

H1.1 Rivieren
Van hoeveel begrippen weet je de betekenis? Er staan 26 begrippen genoemd.

waterscheiding-stroomstelsel-stroomgebied
lengteprofiel-boven/midden/benedenloop
gletsjerrivier-regenrivier-gemengde rivier
debiet-regiem-verval-verhang
vertragingstijd-verstening-ontbossing
erosie-transport-sedimentatie
stuw-sluis
uiterwaard-kribben-zomerbed-winterbed

Slide 10 - Slide

Fluviaal schaalniveau

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Stroomgebied
Een stroomgebied (1) wordt begrensd door de waterscheiding (2).

De neerslag wordt afgevoerd door het stroomstelsel (3).

Slide 13 - Slide

Lengteprofiel
1. Bovenloop
2. Middenloop
3. Benedenloop

Slide 14 - Slide

Verhang
Het verhang (of helling) van de rivier bereken je door het hoogteverschil(verval) te delen door de lengte langs de rivier.

Slide 15 - Slide

Stroomsnelheid
Hoe groter het verhang, hoe hoger de stroomsnelheid van een rivier.

Slide 16 - Slide

Groot verhang
m.n. sedimentatie
m.n. erosie
klein verhang
Meanders
v-dal

Slide 17 - Drag question

Slide 18 - Slide

Verklaring verschillen in debiet?

Slide 19 - Slide

Type rivier (herkomst water)
1. Gletsjerrivier (=smeltwaterrivier)
2. Regenrivier
3. Gemengde rivier
Regenrivier
De rivier ontvangt niet het gehele jaar door smeltwater. De bron ligt dus niet hoog genoeg.
Gletsjerrivier
Hoog in de bergen bij de bron bestaat het rivierwater grotendeels uit smeltwater. Dit deel van de rivier mag je een gletsjerrivier noemen.
Gemengde rivier
De gletsjerrivier hoog in de bergen is inmiddels aangevuld met regenwater. Nu spreken we over een gemengde rivier.

Slide 20 - Slide

Regiem
Het regiem van de rivier is de waterafvoer door het jaar heen.
Gletsjerrivier

Slide 21 - Slide

Regenrivier
Gemengde rivier
Opvallend
De afvoer van de rivier is in de zomer het laagst terwijl de neerslag door het jaar heen constant is.

Slide 22 - Slide

Vertragingstijd
de tijd die een druppel water nodig heeft om vanaf een bepaalde locatie in een rivier te komen ==> vertragingstijd

Wat gebeurt er met de piekafvoer wanneer verstedelijking/verstening/ ontbossing optreedt?

Slide 23 - Slide

Functie in de zomer: 
- Veeteelt
- Natuur
- Recreatie

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Aan de slag...
- Maken:
 2.1: 4, 5, en 6
2.2: 3, 5

Slide 26 - Slide

Vertragingstijd

Regenval 

Water in de rivier.

Invloed op de piekafvoer.

Slide 27 - Slide

Verstedelijking
Verstening/verharding = groter oppervlakte straten, wegen en bebouwing.

-> kortere vertragingstijd en piekafvoer 

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Link

Bespreken vragen

Slide 33 - Slide

Maasplassen

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Video

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Bereken het verhang tussen Koblenz en Rotterdam

Slide 39 - Open question

Hoe werken kribben?
A
Stroomsnelheid rivier wordt hoger, rivier in het midden dieper door uitschurende werking.
B
Stroomsnelheid rivier wordt lager, rivier in het midden dieper door uitschurende werking.
C
Stroomsnelheid rivier wordt hoger, rivier in het midden ondieper door sedimenterende werking.
D
Stroomsnelheid rivier wordt lager, rivier in het midden dieper door sedimenterende werking.

Slide 40 - Quiz

Wat ging er fout in de sluis?
A
De boot zat nog niet vast en het water ging omhoog
B
De boot zat nog niet vast en het water ging omlaag
C
De boot zat vast en het water ging omhoog
D
De boot zat vast en het water ging omlaag

Slide 41 - Quiz

Welk onderdeel mag in een rivierenlandschap (in de winter of in nood) overstromen?
A
rivierbedding
B
uiterwaard
C
winterdijk
D
zomerdijk

Slide 42 - Quiz

Waar vindt erosie plaats in de meander?
A
Binnenbocht
B
Buitenbocht
C
In de gehele rivier vindt erosie plaats
D
In de gehele rivier vindt geen erosie plaats

Slide 43 - Quiz

In welke periode heeft een gletsjerrivier de hoogste afvoer (piekafvoer)?
A
januari-maart
B
april-juni
C
juli-september
D
oktober-december

Slide 44 - Quiz

Na verstening/ontbossing zal de piekafvoer in de rivier.....
A
Later komen en groter zijn
B
Eerder komen en kleiner zijn
C
Later komen en kleiner zijn
D
Eerder komen en groter zijn

Slide 45 - Quiz

Zomerdijk
Winterdijk
Uiterwaard
Zomerbed
Kribben
Binnendijks

Slide 46 - Drag question

Welke invloed hebben de Maasplassen op de vertragingstijd van een hoogwatergolf in de Grensmaas en op de overstromingskans in Venlo?
A
Afname vertragingstijd & afname overstromingskans
B
Afname vertragingstijd & toename overstromingskans
C
Toename vertragingstijd & afname overstromingskans
D
Toename vertragingstijd & toename overstromingskans

Slide 47 - Quiz

De grens tussen de stroomgebieden van twee rivieren heet
A
regiem
B
delta
C
waterscheiding
D
stroomstelsel

Slide 48 - Quiz

Welk type rivier (herkomst water) is de Maas?
A
Regenrivier
B
Gletsjerrivier
C
Smeltwaterrivier
D
Gemengde rivier

Slide 49 - Quiz