Getallen les 1

Rekenen
1 / 14
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Rekenen

Slide 1 - Slide

  • Getal bestaat uit cijfers!
  • Cijfers 0, 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8. 9
  • plaats van het cijfer vertelt de waarde.

Slide 2 - Slide

Het getal 5 in 5317 heeft de waarde van 5000
Het getal 5 in 3151 heeft de waarde van 50 

Slide 3 - Slide

Het cijfer 2 in 43201 heeft de waarde van
A
2
B
20
C
200
D
2000

Slide 4 - Quiz

Het cijfer 3 in 1530 heeft de waarde
A
3
B
30
C
300
D
3000

Slide 5 - Quiz

Het cijfer 3 heeft in 135902 een waarde van
A
300
B
3000
C
30000
D
3000000

Slide 6 - Quiz

Het cijfer 4 heeft in 1490 een waarde van
A
4000
B
40
C
4
D
400

Slide 7 - Quiz

Het cijfer 3 heeft in 13,59 een waarde van
A
30 cent
B
3 euro
C
30 euro
D
300 cent

Slide 8 - Quiz

Het cijfer 9 heeft in 13,59 een waarde van
A
9 euro cent
B
900 eurocent
C
9 euro
D
90 eurocent

Slide 9 - Quiz

Het cijfer 1 heeft in 13,59 een waarde van
A
100 euro
B
100 eurocent
C
10 euro
D
10 eurocent

Slide 10 - Quiz

  • Optellen en aftrekken






  • optellen en aftrekken van sommen tot en met 20 moeten geautomatiseerd zijn.
  • 5 + 7 = ; 18 - 6 =; daar moet je niet lang over na te denken 

Slide 11 - Slide

26
33
42
15
14
10 + 5 =
8+ 6 =
25 + 8 =
17 + 9 =
33 + 9 =

Slide 12 - Drag question

Schatten
Soms is het handig voor dat je gaat rekenen de uitkomst te schatten.
Je maakt dan mooie getallen zodat je eenvoudiger de bewerking kan doen.
Bijvoorbeeld 218 wordt 200
1489 wordt 1500

Slide 13 - Slide

400
185
500
600
218 + 175 is ongeveer
166 + 18 is ongeveer
523 - 39  is ongeveer
1068 - 459 is ongeveer

Slide 14 - Drag question