Noteer van onderstaande zinnen de persoonsvorm. Zet zinsdeelstrepen en noteer ook het onderwerp en het lijdend voorwerp.
1. Tot ieders verrassing versloeg Sluiter de nummer 7 van de wereld.
2. Volgende maand brengt Racoon een nieuwe cd uit.
3. Die Utrechtse aannemer bouwt hier een fraai kantorencomplex
4. Helpt het Rode Kruis overal ter wereld slachtoffers van rampen?
5. Al vele jaren produceert dit bedrijf zeer betrouwbare fietsen.
6. De zieke, blinde konijnen moet de jachtopziener afschieten.