SLOTLES

Zuurstof Laatste Lestoedienen

Thema 8 P 23 les 2

Theorie

Verpleegtechnische Vaardigheden

Module 4, 5 en 6

1 / 26

Slide 1: Slide

Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 2

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

Lesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Zuurstof Laatste Lestoedienen

Thema 8 P 23 les 2

Theorie

Verpleegtechnische Vaardigheden

Module 4, 5 en 6

Slide 1 - Slide

Programma

kennis herhalen
Je weet wat voor vragen je kan verwachten
Je scoort eind van de les 90 procent op de complete oefentoets
Je maakt een lijstje van begrippen van vragen die je fout had
Je schrijft de omschrijving van de begrippen op
Je oefent deze met anderen

Slide 2 - Slide

Blauwpaarse verkleuring van huid en slijmvliezen; vingertoppen, de lippen, in het gezicht noem je ook wel??

Slide 3 - Open question

Hoe kan je de zuurstof meten bij je zorgvrager?

Slide 4 - Mind map

Saturatiemeter

Slide 5 - Slide

Wat is een normale O2 saturatie?

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Op welke manier kun je zuurstof toedienen?

Uit de lucht via een concentrator
Voorraad zuurstof: cilinder of centraal zuurstofsysteem
Zuurstofmaskers

Slide 12 - Slide

Hoe lees je af hoeveel zuurstof per minuut wordt gegeven??

Slide 13 - Open question

Slide 14 - Slide

Wat is een manometer?

Slide 15 - Open question

Slide 16 - Slide

Hoe vaak per minuut ademt een volwassene?

Slide 17 - Slide

12 tot 15 keer per minuut

Slide 18 - Slide

Hoe tel je de ademfrequentie per minuut bij een patiënt?

Slide 19 - Slide

Strotklepje = Epiglottis

12-15x/minuut=normale ademfrequentie

Slide 20 - Slide

Dyspneu = Benauwdheid

Hartritmestoornissen bij verzorgen tracheacanule door vagale prikkeling

Slide 21 - Slide

Uro-tainer

Voor blaasspoelen

Slide 22 - Slide

Tiemann-katheter

Prostaat knijpt urethra af; iets gebogen tip

Slide 23 - Slide

Nelaton-katheter

Prostaat knijpt urethra af; iets gebogen tip

Slide 24 - Slide

Polymere sondevoeding

Bij intacte spijsvertering;

NIET VOORVERTEERD

Slide 25 - Slide

Monomere sondevoeding

VOORVERTEERD

(Bij slechte darmfunctie)

Slide 26 - Slide