This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Programma les 2 Hoofdstuk 10.1
1. Voorkennis activeren
2. Sommen maken
3. Nakijken
4. Vragen?
Slide 1 - Slide
Wat weet je over winst- en kostenberekeningen?
Slide 2 - Open question
Winst- en kostenberekening
Slide 3 - Slide
Wat is brutomarge?
Slide 4 - Open question
Brutomarge/brutowinst
De brutomarge is het verschil tussen opbrengsten en directe kosten. (in het algemeen: de inkoopprijs)
De brutowinst is het totaal van alle brutomarges in het bedrijf.
Slide 5 - Slide
Wat is nettowinst?
Slide 6 - Open question
Nettowinst
De nettowinst is het verschil tussen de brutowinst en de overige (indirecte) kosten. (hier betaal je als bedrijf belasting over)
Slide 7 - Slide
Wat weet je over Return on Sales? (ROS)
Slide 8 - Open question
Return on Sales (ROS)
De winst uitgedrukt in een percentage van de omzet.
Slide 9 - Slide
Wat zijn directe kosten?
Slide 10 - Open question
Directe kosten
Directe kosten zijn uitgaven die “direct” kunnen worden toegewezen, bijvoorbeeld aan een specifieke klant, een specifiek product, een specifieke aankoop of een specifieke afdeling.
Slide 11 - Slide
Wat zijn indirecte kosten?
Slide 12 - Open question
Indirecte kosten
Bij indirecte kosten is het niet mogelijk om de uitgaven “direct” toe te wijzen aan een specifieke klant, een specifiek product, een specifieke aankoop of een specifieke afdeling.
Slide 13 - Slide
Wat weet je over de enkelvoudige (primitieve) opslagmethode?
Slide 14 - Open question
Enkelvoudige of primitieve opslagmethode
Is een methode die ondernemingen kunnen gebruiken om de bedrijfskosten toe te rekenen. Bij de opslagmethode worden de indirecte kosten aan de producten toebedeeld naar de mate waarin zij de directe kosten veroorzaken. Bij de enkelvoudige opslagmethode worden alle indirecte kosten als één percentage over de som van de directe kosten gelegd.
Slide 15 - Slide
Wat weet je over de meervoudige (verfijnde) opslagmethode?
Slide 16 - Open question
Meervoudige of verfijnde opslagmethode
Bij de verfijnde opslagmethode worden de totale directe kosten gesplitst in groepen, bijvoorbeeld grondstofkosten en arbeidskosten.