2.3 lezen 2HV

2.3 Lezen
1 / 25
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

2.3 Lezen

Slide 1 - Slide

Vandaag
Over de toets
Herhaling 1.3 (en dus van vorig jaar)
Leerdoelen 2.3
Theorie 2.3
Aan de slag


Slide 2 - Slide

Over de toets
Toets leesvaardigheid is in de week van 20 januari.
Je krijgt twee of drie teksten met vragen, zowel over de inhoud van de tekst, de leestheorie als woordenschat.
De paragrafen waar de toets over gaat zijn:
- Talent Lezen hoofdstuk 1, 2 en 3, dus 1.3, 2.3 en 3.3
- Talent Woorden hoofdstuk 1, 2, 3 en 4, dus 1.5, 2.5, 3.5 en 4.5







Slide 3 - Slide

Welke leesstrategieën ken je?
  • verkennend lezen
  • zoekend lezen
  • nauwkeurig lezen
  • studerend lezen

Slide 4 - Slide

Waar kijk je naar bij verkennend lezen?
  • titel
  • tussenkopjes
  • bron
  • afbeeldingen
  • inleiding
  • slot
  • eerste/laatste zin van de alinea's in de kern

Slide 5 - Slide

tekstdoelen,      tekstsoorten en      tekstvormen
informeren
informatieve tekst
nieuwsbericht, schoolboek
overtuigen
betogende tekst
recensie, ingezonden brief
activeren
activerende tekst
advertentie, oproep
amuseren
amuserende tekst
verhaal, strip

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Wat is de hoofdgedachte?
  • In één zin wat de schrijver over het onderwerp zegt.
  • informatieve tekst: feitelijke informatie
  • betogende tekst: mening (+ belangrijkste argument )

Slide 8 - Slide

Leerdoelen 2.3
Aan het einde van deze paragraaf ken je en kun je in een tekst toepassen:
  • de kenmerken van een informatieve tekst
  • verschillende soorten interviewverslagen herkennen
  • de functie van de inleiding benoemen
  • de functie van het slot benoemen
  • het samenvattend tekstverband herkennen

Slide 9 - Slide

Waar denk je aan bij een informatieve tekst?

Slide 10 - Mind map

Waar denk je aan bij een interviewverslag?

Slide 11 - Mind map

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Feitelijke informatie
  • dingen die echt gebeurd zijn (jongen raakt oog kwijt door vuurwerk)
  • dingen die werkelijk bestaan (onweer en bliksem )
  • kennis door waarneming of onderzoek (onderzoek naar medicijnen voor kanker)
  • uitleg die je kunt uitvoeren (recept                                                       voor kerstkransjes)

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Leerdoelen 2.3
Aan het einde van deze paragraaf ken je en kun je in een tekst toepassen:
  • de kenmerken van een informatieve tekst
  • verschillende soorten interviewverslagen herkennen
  • de functie van de inleiding benoemen
  • de functie van het slot benoemen
  • het samenvattend tekstverband herkennen

Slide 16 - Slide

Wat voor functie(s) kan een inleiding hebben?

Slide 17 - Mind map

Slide 18 - Slide

Wat voor functie(s) kan een slot hebben?

Slide 19 - Mind map

Slide 20 - Slide

Welke tekstverbanden ken je nog?

Slide 21 - Mind map

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Geef aan of het je nu gaat lukken om de leerstof verder in de praktijk toe te passen.
0100

Slide 24 - Poll

Aan de slag!! 2.3, opdracht 13b t/m 18

Slide 25 - Slide