TC A1 thema 3 (3.7-3.8-3.9) - Keyrus

Taalcompleet A1 thema 3
Wonen
1 / 53
next
Slide 1: Slide
NT2ISK

This lesson contains 53 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Taalcompleet A1 thema 3
Wonen

Slide 1 - Slide

Les 3.7: De kleuren
Doel: kleuren herkennen en benoemen

Slide 2 - Slide

Oefenen in het boek:

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Welke kleur is dit?

Slide 5 - Open question

Welke kleur is dit?

Slide 6 - Open question

Welke kleur is dit?

Slide 7 - Open question

Welke kleur is dit?

Slide 8 - Open question

Welke kleur is dit?

Slide 9 - Open question

Welke kleur is dit?

Slide 10 - Open question

Welke kleur is dit?

Slide 11 - Open question

Welke kleur is dit?

Slide 12 - Open question

Welke kleur is dit?

Slide 13 - Open question

Welke kleur is dit?

Slide 14 - Open question

Welke kleur is dit?

Slide 15 - Open question

Bingo

Slide 16 - Slide

Les 3.8: De buurt
Leerdoel: Praten over jouw buurt

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Wat is dit?

Slide 20 - Open question

Wat is dit?

Slide 21 - Open question

Wat is dit?

Slide 22 - Open question

Wat is dit?

Slide 23 - Open question

Wat is dit?
(niet de stad!)

Slide 24 - Open question

Wat is dit?

Slide 25 - Open question

Wat is dit?
(niet het dorp!)

Slide 26 - Open question

Extra vragen

  • Ben je klaar? Begrijp je alles goed? Dan mag je de zinnen maken op de volgende dia's (slides)

  • Vind je het moeilijk? Dan ga je verder naar 3.9 (slide 33)

Slide 27 - Slide


Maak een zin met het woord:
aardig

Slide 28 - Open question


Maak een zin met het woord:
hoog

Slide 29 - Open question


Maak een zin met het woord:
weinig

Slide 30 - Open question


Maak een zin met het woord:
zwart + trap

Slide 31 - Open question


Maak een zin met het woord:
grijs + lift

Slide 32 - Open question


Maak een zin met het woord:
groen + park

Slide 33 - Open question


Maak een zin met de woorden: 
mooi + winkel

Slide 34 - Open question

Les 3.9: Eerste, tweede, derde
Leerdoel: Gebruik getallen

Slide 35 - Slide

Werk in je boek en online:
Kijk naar de grammaticavideo

Slide 36 - Slide

Schrijf als woord:
zes --> 6e?

Slide 37 - Open question

Schrijf als woord:
een (1)--> 1ste

Slide 38 - Open question

Schrijf als woord:
drie (3)--> 3de

Slide 39 - Open question

Schrijf als woord:
acht(8)--> 8ste

Slide 40 - Open question

Een jaar heeft 12 maanden.
Augustus is de ...................maand.

Slide 41 - Open question

Vul in:
Een week heeft zeven dagen. Maandag is de ......................dag

Slide 42 - Open question

Klaar met alles?
Goed gewerkt! Je mag ook de volgende oefeningen maken.

Slide 43 - Slide

Mijn vriend .... in Amsterdam
A
woon
B
woont
C
woonen
D
wonen

Slide 44 - Quiz

...... jij in Leeuwarden?
A
won
B
woon
C
wont
D
woont

Slide 45 - Quiz

Mijn familie ... in Duitsland.
A
woon
B
won
C
woont
D
wonen

Slide 46 - Quiz

...... jullie in Utrecht?
A
woon
B
woont
C
woonen
D
wonen

Slide 47 - Quiz

..... u in Drachten?
A
woon
B
wont
C
woont
D
wonen

Slide 48 - Quiz

.... jij Nederlands?
A
ler
B
leer
C
leert
D
leren

Slide 49 - Quiz


Hij ... een nieuwe taal.
A
spreek
B
sprekt
C
spreekt
D
spreken

Slide 50 - Quiz

Mijn buren ... Arabisch.
A
leer
B
leert
C
leren
D
leeren

Slide 51 - Quiz

.... zij Engels?
A
spreek
B
spreekt
C
sprekt
D
spreeken

Slide 52 - Quiz

.... u lezen en schrijven?
A
leer
B
leert
C
lert
D
leren

Slide 53 - Quiz