Paragraaf 7 vulkaanuitbarstingen

2.7
Vulkaanuitbarstingen
1 / 32
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

Items in this lesson

2.7
Vulkaanuitbarstingen

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Ik ken het verschil tussen explosief en effusief vulkanisme
  • Ik ken de gevolgen van vulkaanuitbarstingen
  • Ik weet welke factoren de gevolgen van een vulkaanuitbarsting beïnvloeden

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Wat weet je van vulkanisme?

Slide 4 - Mind map

Effusief of explosief

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Twee hoofdsoorten
Schildvulkanen
- Bij divergente breuken
- Geen drukopbouw
- vloeibare lava (viscositeit laag)
- Rustige uitstroom
- Flauwe helling

Stratovulkanen
- Bij convergente breuken
- Veel drukopbouw
- Taaie lava ( viscositeit hoog)
- Explosieve uitbarsting
- Steile helling
- gloedwolk 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

effusief
effusief
explosief
explosief
Explosiviteit ontstaat doordat de magma
- taai / stroperig is
- er gasbellen in het magma zitten
rustig
Veel kracht en pyroclastica
Type eruptie 4 soorten vulkanen

Slide 11 - Slide

Hotspot vulkanisme

Slide 12 - Slide

Stratovulkaan > Caldera
 
  • Zeer heftige explosie > hele top vulkaan wordt weggeslagen of magmakamer stort in > caldera
  • In de caldera kan na een tijdje een babyvulkaan (ook weer een stratovulkaan) ontstaan

Slide 13 - Slide

Ontstaan van een caldera

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Uitbarsting
Naast explosie en lava ook kans op...

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Lahar
modderstroom door eruptie
Vooral op plekken met ijs (gletsjers)

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Na de uitbarsting

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Na de uitbarsting
Hard geworden lava (stollingsgesteente) op de flanken van de vulkaan
- vloeibaar lava ->hard gesteente (basalt)
- taai lava -> licht gesteente (puimsteen)

Slide 23 - Slide

Schildvulkaan: Basalt
Stratovulkaan: Puimsteen

Slide 24 - Slide

timer
5:00
Aan de slag
Maak 2.7
Eerste 5 min in stilte

Slide 25 - Slide

Aan de slag
maak 2.7
Fluistertoon
Fluister alleen met degene naast je
Blijf op je plek

Slide 26 - Slide

Koppel de woorden aan de juiste breuklijn. 
Transform
Divergent 
Convergent
Rustig vulkanisme
Explosief vulkanisme

Slide 27 - Drag question

Waar vindt het meeste vulkanisme plaats?
A
Midden op de plaat
B
langs de plaatgrenzen
C
vulkanisme kan overal voorkomen
D
Bij een mid-oceanische rug

Slide 28 - Quiz

Vulkanisme = alle verschijnselen die te maken hebben met de nabijheid aan het aardoppervlak van heet vloeibaar gesteente.
Is een geiser dan een vorm van vulkanisme?
A
Ja
B
Nee

Slide 29 - Quiz

Grote vulkaanuitbarstingen zorgen voor een lichte daling van de temperatuur op aarde. Dat komt door...?
A
Het afkoelen van de uitgestroomde lava.
B
Er zit minder magma in de aardkorst.
C
Bij een uitbarsting komt as en stof vrij die het zonlicht tegen houden.
D
Er zijn minder zonnevlammen.

Slide 30 - Quiz

Stratovulkaan
Schildvulkaan
Explosief vulkanisme
Steile wanden
Komt voor rond de Grote Oceaan
Divergente plaatgrens
Effusief vulkanisme
Komt voor in Oost-Afrika, IJsland en Hawaii
Vloeibaar magma
Taai magma

Slide 31 - Drag question

Waarom vindt actief vulkanisme pas plaats op enkele kilometers achter de subductiezone?

Slide 32 - Open question