Basisstof 4 Bevruchting en zwangerschap

Marieke is een vrouw die al 8 jaar menstrueert en regelmatig seks heeft. Ze wordt op het moment dat ze normaal ongesteld wordt, dit nu niet. Betekend dit automatisch dat ze zwanger is?
A
Ja
B
Nee
1 / 24
next
Slide 1: Quiz
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Marieke is een vrouw die al 8 jaar menstrueert en regelmatig seks heeft. Ze wordt op het moment dat ze normaal ongesteld wordt, dit nu niet. Betekend dit automatisch dat ze zwanger is?
A
Ja
B
Nee

Slide 1 - Quiz

Zaadcel: +- 3 dagen in leven
Eicel: +- 12 tot 24uur in leven
Tijdens de zwangerschap produceert de hypofyse geen hormonen,
die nieuwe eicellen/follikels laat rijpen en dus is er geen ovulatie meer.
Hormoon HCG vanaf de innersteling zorgt ervoor dat het gele lichaam in stand blijft.

Slide 2 - Slide

Tijdens de ontwikkeling van het embryo vormt zich de placenta.

Slide 3 - Slide

15

Slide 4 - Video

00:20
Hoe bewegen de zaadcellen zich voort?
A
Via hun zweepstaart
B
Via hun staart
C
Via hun kop
D
Via het vocht

Slide 5 - Quiz

00:33
Hoeveel dagen na de ovulatie komt het klompje cellen in de baarmoeder aan?
A
1-2 dagen
B
3-5 dagen
C
5-7 dagen
D
7-9 dagen

Slide 6 - Quiz

00:46
Hoeveel chromosomen bevat de zaadcel, hoeveel de eicel en hoeveel paren chromosomen bevat de bevruchte eicel?
A
12,5-23-46
B
23-23-23
C
23-23-46
D
46-46-92

Slide 7 - Quiz

01:04
Deze eicel is vrijgekomen bij de ovulatie. Op welke dag in een gemiddelde menstruatiecyclus komt deze vrij?
A
Dag 1
B
Dag 13
C
Dag 14
D
Dag 17

Slide 8 - Quiz

01:27
Hoelang blijft een zaadcel ongeveer leven op zijn reis naar de eileider?
A
1-2 dagen
B
3 dagen
C
3-5 dagen
D
6 dagen

Slide 9 - Quiz

01:42
Waarom kan maar 1 zaadcel de eicel in?
A
De eicel vormt een ondoordringbare laag
B
De rest van de zaadcellen sterft af
C
De eicel is gebroken

Slide 10 - Quiz

02:25
Wat is bevruchting? Kies het beste antwoord
A
Zaadcel gaat samen met eicel
B
Eicel en zaadcel verbinden met elkaar
C
Kern eicel en kern zaadcel smelten samen
D
Kernen van de cellen smelten samen

Slide 11 - Quiz

02:30
Wat gebeurd er direct na de bevruchting?
A
Niks
B
De zaadcel en eicel gaan meteen weer uit elkaar.
C
De bevruchte cel deelt zich meteen een aantal keer
D
Meiose

Slide 12 - Quiz

02:42
Door wat kan hier de eicel vooruit bewegen?
A
Door trilharen
B
Door zichzelf
C
Door zwaartekracht

Slide 13 - Quiz

03:09
Welk hormoon houdt het gele lichaam in stand en voorkomt dat nieuwe follikels zich rijpen?
A
Testosteron
B
Progesteron
C
Oestrogeen
D
hCG

Slide 14 - Quiz

03:19

Slide 15 - Slide

03:31
Waaruit bestaat de moederkoek (placenta) ?
A
Alleen weefsel moeder
B
Alleen weefsel baby
C
Weefsel moeder en baby

Slide 16 - Quiz

04:58
Navelstreng: zorgt voor verbinding tussen embryo+placenta en behoort bij de bloedomloop van de baby:

-> Zuurstof & voedingsstoffen van moeder naar embryo
-> Afvalstoffen van bloed baby naar moeder
In de navelstreng zijn twee typen bloedvaten:
-> Navelstrengslagader (gaat van het hartje van de baby af,
     naar placenta toe)
-> Navelstrengader (gaat richting de baby)

Slide 17 - Slide

06:31
Vanaf wanneer noemen we een embryo een foetus?
A
Vanaf de 2e maand
B
Vanaf de 3e maand
C
Vanaf de 6e maand
D
Vanaf de geboorte

Slide 18 - Quiz

07:47
Dit kleine mensje (embryo) wordt omgeven door 2 vruchtvliezen met vruchtwater. Wat is geen doel van dit?
A
Beschermen tegen stoten en uitdroging
B
Bewegingsvrijheid geven
C
Geven van een constante temperatuur
D
Beschermen tegen geluiden van buitenaf

Slide 19 - Quiz

Hoe zit het bij tweelingen?
- eeneiige
- Twee-eiige

Slide 20 - Slide

Examenvraag
Ook de beweeglijkheid van de zaadcellen is belangrijk voor de vruchtbaarheid. Zaadcellen moeten een grote afstand afleggen voordat ze een eicel kunnen bevruchten.


Waar in het voortplantingsstelsel van een vrouw vindt bevruchting plaats?

Slide 21 - Slide

Examenvraag

Slide 22 - Slide

Examenvraag - gebruik vorige vraag de tekst

Slide 23 - Slide

opdrachten
Maak nu de opdrachten behorend bij basisstof 4 thema 2

Slide 24 - Slide