1.6 - Biologisch onderzoek (3BB)

Thema 1 - Organen en cellen
1 / 19
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Thema 1 - Organen en cellen

Slide 1 - Slide

Thema 1 - Organen en cellen
1.1 - Organismen
1.2 - De bouw van een organisme
1.3 - Werken met een microscoop
1.4 - Cellen van planten en dieren
1.5 - Groei en ontwikkeling bij een mens
1.6 - Biologisch onderzoek

Slide 2 - Slide

Thema 1 - Organen en cellen
1.5 - Groei en ontwikkeling bij een mens
Herhaling

Slide 3 - Slide

Wat is geen levensfase
A
Baby
B
(School)kind
C
Tiener
D
Adolescent

Slide 4 - Quiz

De levensfase van een puber is van...
A
0-1,5 jaar
B
12-17 jaar
C
6-12 jaar
D
17-21 jaar

Slide 5 - Quiz

Lezen en schrijven leer je in de levensfase...
A
Baby
B
Peuter
C
Kleuter
D
Schoolkind

Slide 6 - Quiz

Praten leer je in de levensfase...
A
Baby
B
Peuter
C
Kleuter
D
Schoolkind

Slide 7 - Quiz

Een jongen krijgt een baard, is dit geestelijke ontwikkeling?
A
ja
B
nee

Slide 8 - Quiz

Thema 1 - Organen en cellen
1.6 - Biologisch onderzoek

Slide 9 - Slide

Doelen van deze paragraaf
Je kan een biologisch onderzoek voorbereiden, uitvoeren en beoordelen

Slide 10 - Slide

Onderzoek doen
Je wilt een antwoord op een vraag weten
Wat is het probleem? (probleemstelling)
Welke vraag heb je daarbij? (onderzoeksvraag)
Wat is je eigen verwachting? (verwachting)

Slide 11 - Slide

Voorbeeld
Probleemstelling: Wat is het effect van ontbijt op mijn energie?

Onderzoeksvraag: Heb ik meer energie als ik 's ochtends ontbijt dan wanneer ik niet ontbijt?

Verwachting: Ik verwacht dat ik meer energie heb als ik ontbijt

Slide 12 - Slide

Onderzoek doen
Je moet het onderzoek gaan uitvoeren, hoe pak je 
dat aan?

Werkplan en uitwerking werkplan

Slide 13 - Slide

Werkplan
Wat ga ik doen? (heel precies)
Wat heb ik nodig?
Hoe ga ik het waarnemen?
Wat ga ik doen met mijn waarnemingen?

Slide 14 - Slide

Regels werkplan

Slide 15 - Slide

Voorbeeld
Onderzoeksvraag: heb ik meer energie als ik ontbijt dan wanneer ik niet ontbijt?

Werkplan:
Ik voer het uit met 19 vrienden (dus 20 totaal)
Tien ontbijten een week niet, tien ontbijten een week wel
We gaan zo gauw we op school zijn 10 minuten rondjes om het sportveld rennen
We schrijven op hoeveel rondjes we hebben gelopen
We berekenen hoeveel rondje iedereen gemiddeld heeft gelopen
We kijken of we een verschil zien tussen de groep die heeft ontbeten en de groep die niet heeft ontbeten

Slide 16 - Slide

Uitvoer en resultaten
Alles uitgevoerd, resultaten verwerkt?
Voorbeeld:
gemiddeld aantal rondjes ontbijters: 6
gemiddeld aantal rondjes niet-ontbijters: 4

Slide 17 - Slide

Conclusie
Je hebt resultaten gekregen, hieruit komt een conclusie -> antwoord op je onderzoeksvraag

Heb je meer energie als je hebt ontbeten? -> Ja
Want: 6 vs 4 rondjes

Slide 18 - Slide

Zelf aan de slag
Opdrachten 1, 5 en 6 in je boek 
Bedenk een eigen onderzoek: bonen onderzoek
Schrijf op:
Probleemstelling
Onderzoeksvraag
Verwachting
Werkplan

Potjes in orde maken 

Slide 19 - Slide