We starten met een opdracht, waarbij je goed moet luisteren.
De opdracht wordt klassikaal geëvalueerd en tot slot gaan we deze voorbereiding op het examen Spreken evalueren.
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2
This lesson contains 13 slides, with text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
WAT WE DEZE LES GAAN DOEN
We starten met een opdracht, waarbij je goed moet luisteren.
De opdracht wordt klassikaal geëvalueerd en tot slot gaan we deze voorbereiding op het examen Spreken evalueren.
Slide 1 - Slide
LESDOELEN
- Je kent de opbouw van een betoog.
- Je weet dat je argumenten vóór en tegenargumenten moet bedenken bij jouw standpunt.
- Je weet het verschil tussen het ontkrachten van een tegenargument en het weerleggen van een tegenargument.
- Je weet dat je vooral moet oefenen.
Slide 2 - Slide
OPDRACHT
Beoordeel het betoog!
Je krijgt twee filmpjes te zien, waarbij jij de examinator bent. Op de volgende slide staan vragen die je moet beantwoorden tijdens het bekijken van het filmpje.
Pak pen en papier, of typ mee:
Slide 3 - Slide
1. JOUW BEOORDELING
Het filmpje duurt 6:23 minuten. Let op het volgende:
Is het standpunt duidelijk en wordt de reden ervoor verteld?
Welke argumenten voor het standpunt/de stelling hoor/zie je?
Welke argumenten tegen het standpunt/de stelling hoor/zie je?
Is er sprake van een weerlegging, of een ontkrachting vh tegenargument?
Wat vind je van de manier van spreken?
Wat vind je van de lichaamstaal?
Klopt de opbouw van het betoog?
Wat valt je in het algemeen op?
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
EVALUATIE
Is het standpunt duidelijk en wordt de reden ervoor verteld?
Welke argumenten voor het standpunt/de stelling hoor/zie je?
Welke argumenten tegen het standpunt/de stelling hoor/zie je?
Is er sprake van een weerlegging, of een ontkrachting vh tegenargument?
Wat vind je van de manier van spreken?
Wat vind je van de lichaamstaal?
Klopt de opbouw van het betoog?
Wat valt je in het algemeen op?
Slide 6 - Slide
2. JOUW BEOORDELING
Het volgende filmpje duurt 6:47 minuten. Let op het volgende:
Is het standpunt duidelijk en wordt de reden ervoor verteld?
Welke argumenten voor het standpunt/de stelling hoor/zie je?
Welke argumenten tegen het standpunt/de stelling hoor/zie je?
Is er sprake van een weerlegging, of een ontkrachting vh tegenargument?
Wat vind je van de manier van spreken?
Wat vind je van de lichaamstaal?
Klopt de opbouw van het betoog?
Wat valt je in het algemeen op?
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
EVALUATIE
Is het standpunt duidelijk en wordt de reden ervoor verteld?
Welke argumenten voor het standpunt/de stelling hoor/zie je?
Welke argumenten tegen het standpunt/de stelling hoor/zie je?
Is er sprake van een weerlegging, of een ontkrachting vh tegenargument?
Wat vind je van de manier van spreken?
Wat vind je van de lichaamstaal?
Klopt de opbouw van het betoog?
Wat valt je in het algemeen op?
Slide 9 - Slide
BELANGRIJK
- Gebruik signaalwoorden voor jouw argumenten: ten eerste, bovendien, ook, daarnaast, ten slotte.
- Gebruik in de conclusie signaalwoorden, zoals: dus, kortom.
- Oefen.
Slide 10 - Slide
EVALUATIE
Heb je er vertrouwen in?
►NB: Het belangrijkste van betogen is dat je oefent. Voor de spiegel, tegen je huisgenoten, met een vriendin, etc.
Slide 11 - Slide
THUISWERKOPDRACHT
Denk na over een standpunt dat goed te onderbouwen en te verdedigen is. Maak een opzet, incl. argumenten vóór, tegenargumenten en hoe jij denkt ze te weerleggen of ontkrachten. Zorg ervoor dat je de opzet bij je hebt in de volgende les.
Slide 12 - Slide
VOLGENDE WEEK
... hebben we het over drogredenen, argumenten die niet kloppen (en die je dus niet moet gebruiken).
We gaan zoveel mogelijk opzetten klassikaal doornemen, om te kijken of de argumenten kloppen - en geen drogredenen zijn.