4.5 Combinaties

Hoofdstuk 4


Invoegen plattegrond op niveau
1 / 25
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoofdstuk 4


Invoegen plattegrond op niveau

Slide 1 - Slide

Log in
Ben je geregistreerd, dan hoef je alleen maar op duimpje te klikken.
Klaar:
Spullen op orde?

Slide 2 - Slide

Op hoeveel manieren kan je 5 personen op volgorde zetten?

Controle
Controle
Controle

Slide 3 - Open question

Ik heb thuis 35 smurfen. Op hoeveel manieren kan ik een top 5 maken van deze smurfen? (berekening!)

Slide 4 - Open question

Slide 5 - Slide

Aantekening 4.1 Mogelijkheden tellen
Aantal mogelijkheden tellen:
Regelmatig boomdiagram (aantal takken per kolom hetzelfde)
Mogelijkheden met elkaar vermenigvuldigen.


Onregelmatig boomdiagram: 
Diagram tekenen en mogelijkheden tellen.

 Opgave 2, 4, 6 en 7.

Slide 6 - Slide

4.2 Machtsbomen en faculteitsbomen
Faculteit:                                               


654321=6!

Slide 7 - Slide

Aantekening 4.2 Machtsbomen en faculteitsbomen
Machtsboom                                               Faculteitsboom






Mogelijkheden:
 Opgave 11, 13 , 14 en 15.
34=81
4321=4!=24

Slide 8 - Slide

Aantekening 4.3 Permutaties
Permutaties uitrekenen=aantal mogelijke volgorden of rangschikkingen berekenen.
Bijvoorbeeld:


De volgorde is dus van belang en herhaling is niet mogelijk. 
Berekening:


 Opgave 18,  19 en 21.

Slide 9 - Slide

Hoofdstuk 4
Paragraaf 4.3





Leerdoel 7+8

Slide 10 - Slide

Leerdoel behaald deze les?

Geef dit ook aan het overzicht door het eerste bolletje te kleuren(+, +/-, -)
A
+
B
+/-
C
-

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Slide

Hoofdstuk 4
Paragraaf 4.5



Leerdoel 9

Paragraaf 4.4 slaan we over.

Slide 13 - Slide

4.5 Combinaties

Slide 14 - Slide

4.5 Combinaties
Combinatie
Permutatie

Slide 15 - Slide

4.5 Combinaties
Een ander woord voor combinatie is selectie.
Je berekend dus het aantal verschillende secties.

Opgave 30:
Je selecteert 3 van de 13 leden. Aantal verschillende mogelijkheden/selecties kan je uitrekenen met??

Slide 16 - Slide

4.5 Combinaties
Opgave 30:
Je selecteert 3 van de 13 leden. Aantal verschillende mogelijkheden/selecties kan je uitrekenen met een rooster.
3 wel gekozen 10 niet:

Slide 17 - Slide

4.5 Combinaties
Opgave 30:
Je selecteert 3 van de 13 leden. Aantal verschillende mogelijkheden/selecties kan je uitrekenen met??
13
3

Slide 18 - Slide

4.5 Combinaties
Op hoeveel manieren kan je uit een groepje van 13, drie personen kiezen.

Je kunt dit uitreken met een speciale knop op de GR. nCr
                                                                                                             
                                                                                                              alpha
                                                                                                                         window(f2)
                                                                                                                       nummer 8
                                                                                                                     13C3=286

Slide 19 - Slide

4.5 Combinaties
Opgave 30:
Je selecteert 3 van de 13 leden. Aantal verschillende mogelijkheden/selecties kan je uitrekenen met??

of    
13
10

Slide 20 - Slide

4.5 Combinaties
Opgave 30:
Je selecteert 3 van de 13 leden. Aantal verschillende mogelijkheden/selecties kan je uitrekenen met??

of    
13
3
10

Slide 21 - Slide

Volgende sheet: aantekening             
Wat moet er zeker in de aantekening staan over de leerdoelen van vandaag?




Leerdoel 9.

Slide 22 - Slide

Aantekening 4.5 Combinaties
Het aantal combinaties, verschillende selecties kan je uitrekenen door het met je GR uit te rekenen.
De combinatie / selectie schrijf je op als:                  spreek uit. 10 boven 7.


                       Totaal aantal waaruit te kiezen

                        Aantal wat gekozen wordt
 Opgave 31(e niet), 33 en 34.
Berekening optie nCr  10C7
Exit vraag, 3 minuten

Slide 23 - Slide

Ik heb thuis 35 smurfen. Op hoeveel manieren kan ik groepjes van 5 verschillende smurfen maken? (berekening!)

Slide 24 - Open question

Hoofdstuk 4
Paragraaf 4.5



Leerdoel 9

Paragraaf 4.4 slaan we over.

Slide 25 - Slide