Voorbereiding op toets H6

Herhalingsles 6.1/2/3/4
Meneer de Jong
1 / 25
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Herhalingsles 6.1/2/3/4
Meneer de Jong

Slide 1 - Slide

De Golfstroom is een
A
Warme zeestroom
B
Koude zeestroom

Slide 2 - Quiz

Invloed van de Golfstroom

Slide 3 - Slide

Aan de kust van Nederland zal het in de zomer ... zijn dan in het oosten (binnenland) van Nederland
A
Warmer
B
Koeler

Slide 4 - Quiz

Het is winter in Nederland. We hebben te maken met aflandige wind. Is de kans nu groter dat we kunnen schaatsen?
A
Ja, aflandige wind zorgt voor nog warmere lucht
B
Ja, aflandige wind zorgt voor nog koudere lucht
C
Nee, aflandige wind zorgt voor nog warmere lucht
D
Nee, aflandige wind zorgt voor nog koudere lucht

Slide 5 - Quiz

Stap 2: Het klimaat in de bergen

Slide 6 - Slide

Invloed golfstroom

Slide 7 - Slide

Stuwingsregen

Slide 8 - Slide

Stuwingsregen 

Slide 9 - Slide

Waarom is het in Lillehammer
in de winter kouder
dan in Bergen?
A
Doordat Lillehammer aan een koude zeestroom ligt
B
Doordat Lillehammer aan een warme zeestroom ligt
C
Omdat tussen Bergen en Lillehammer een gebergte ligt

Slide 10 - Quiz

Waar zou je beter landbouw kunnen uitvoeren?
A
Loefzijde
B
Lijzijde
C
Regenschaduw
D
Regenzon

Slide 11 - Quiz

Plaats A ligt op 3500m hoogte. Plaats B ligt op 500m hoogte. Waar zou het kouder zijn?
A
Plaats A, want het ligt op hoge breedte
B
Plaats A, want het ligt op een hogere ligging
C
Plaats B, want het ligt op hoge breedte
D
Plaats B, wat het ligt op hogere ligging

Slide 12 - Quiz

Welk klimaat?
A
Landklimaat
B
Middellandszeeklimaat
C
Tropisch klimaat
D
Zee klimaat

Slide 13 - Quiz

Welke uitspraak is niet waar
A
Gebieden op lage breedte zijn gemiddeld warmer door de schuine invalshoek van de zon.
B
Europa ligt voor het grootste deel in de gematigde zone.
C
Land warmt sneller op en koelt sneller af dan zee.
D
Golfstromen brengen relatief warm water naar koude streken en relatief koud water naar warme streken.

Slide 14 - Quiz

 Europa: klimaten en begroeiing

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Map

In wat voor landschap was je net?

Slide 17 - Open question

Middellandse zeeklimaat
Gematigd zeeklimaat

Slide 18 - Slide

Landklimaat

Slide 19 - Slide

In welk van de volgende klimaten groeien sinaasappels (denk aan de vorige les)
A
Zeeklimaat
B
Middellandszeeklimaat
C
Landklimaat
D
Toendra

Slide 20 - Quiz

Middellandse Zeeklimaat
Landklimaat
Zeeklimaat
Toendra

Slide 21 - Drag question

Welk klimaat is dit
(kijk goed naar de temperatuur
A
Zeeklimaat
B
Landklimaat
C
Middellandszeeklimaat
D
Toendra

Slide 22 - Quiz

Welke volgorde is goed
A
Warme zeestroom, aanlandige wind, koele zomer
B
Warme zeestroom, aflandige wind, koele zomer
C
Warme zeestroom, aanlandige wind, warme zomer
D
Koude zeestroom, aflandige wind, koele zomer

Slide 23 - Quiz

Welk klimaat komen we niet tegen in Europa
A
Droogklimaat
B
Hooggebergte klimaat
C
Tropisch klimaat
D
Zeeklimaat

Slide 24 - Quiz

Aan de slag
Zelftoets maken 
Wat moet je kennen en kunnen voorbereiden

Slide 25 - Slide