Combi les voorb. pww mavo 2 werkwoordspelling en zinsontleden (wg / tm bwb)

1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 70 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Doel van de les
Na deze les weet je hoe goed je de stof voor het proefwerk beheerst. 

1. Je weet hoe je werkwoorden in een zin correct moet schrijven

2. Je kunt de zinsdelen benoemen (OW/PV, WG, LV MV en BwB). 

Slide 2 - Slide

Lesopbouw  
  • Uitleg /instructie werkwoordspelling
  • Oefenen werkwoordspelling
  • Nakijken werkwoordspelling
  • Oefenen zinsontleding (zinsdelen benoemen)
  • Afronding: terugkijken

Slide 3 - Slide

Wat weet je nog? 
- werkwoorden
- soorten werkwoorden
- vormen van werkwoorden 
- tijden van werkwoorden  

Wat vind je nog moeilijk? 

Slide 4 - Slide

Werkwoordspelling
Ik heb ....... (schrobben)

Dat .........(gebeuren) me echt nooit meer. 

..... (lopen) haalde hij de finish van de marathon.  

De .......(slopen) fiets werkte niet meer. 

Slide 5 - Slide

onvoltooid deelwoord
- is nog bezig
- er zijn twee zaken gelijktijdig bezig 

Lopend nam ik de telefoon aan. 

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

persoonsvorm tegenwoordige tijd

Slide 8 - Slide

de persoonsvorm verleden tijd van zwakke werkwoorden ?

Slide 9 - Slide

Aan de slag
Oefenen werkwoordspelling

Extra oefening als je het makkelijk vindt (tekst 1)
timer
20:00

Slide 10 - Slide

Nakijken werkwoordspelling
1pt                        11 deed; uitgelaten
1pt                        12 word; ophoudt
1pt                        13 bewaart; bederft
1pt                        14 vluchtten; verraden
1pt                        15 proefde; bereid
1pt                        16 belandde; verwondde




Slide 11 - Slide

Nakijken werkwoordspelling tekst 1


3x1pt 

onjuiste spelling: besmeurt                  verbetering: besmeurd
onjuiste spelling: kleefte                        verbetering: kleefde
onjuiste spelling: vermoed                    verbetering: vermoedt




Slide 12 - Slide

Wat weet je nog? 
- over de zinsdeelproef (hoe vind je een zinsdeel)? 
- over de persoonsvorm (PV) vinden
- over het stappenplan van zinsdelen benoemen en de vragen die je je zelf stelt? 

Wat vind je nog moeilijk? 

Slide 13 - Slide

Stappenplan ontleden
1. Zoek de persoonsvorm PV (tijdproef: zet de zin in een andere tijd)     ALTIJD AANWEZIG
2. Zet de strepen voor de zinsdelen  (alles wat voor de PV kan staan)     ALTIJD AANWEZIG
3. Werkwoordelijke gezegde (WG) (alle werkwoorden in de zin, dus ook de PV)   ALTIJD AANWEZIG
4. Onderwerp (OW) (wie of wat  + pv + wg ?)                                         ALTIJD AANWEZIG

5. Lijdend voorwerp (LV) (wie of wat + pv+ wg + ow?)                       NIET ALTIJD AANWEZIG
6. Meewerkend voorwerp (MV) (aan wie/voor wie + pv+ wg + ow+ lv?)  NIET ALTIJD AANWEZIG

7.  Bijwoordelijke bepaling (BWB)  alle zinsdelen die overblijven       NIET ALTIJD AANWEZIG
(er kunnen meerdere BWB in een zin zitten !!!) 

Slide 14 - Slide

Wat is er gisteren (gebeuren) in Abu Dhabi met de fameuze Lewis Hamilton?
A
gebeurte
B
gebeurde
C
gebeurt

Slide 15 - Quiz

Wij hebben de koffers in de auto (leggen) en rijden naar Oostenrijk.
A
gelegd
B
gelegt

Slide 16 - Quiz