B1C, B1D en B1G - les 1 - Start periode 3

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Welkom! 

Nederlands

mevrouw Zuiderwijk

• lesdoelen
• terugblikken toets schrijf-
   vaardigheid
  
• uitleg periode 3
• doornemen fictieopdracht
• werken aan fictieopdracht
• evt. starten met grammatica
• checken lesdoelen

Wat gaan we doen?

Lesdoelen

• Aan het einde van deze les weet je wat je kunt verwachten én wat er
   van jou wordt verwacht bij Nederlands in periode 3.
• Aan het einde van deze les kun je uitleggen waarom grammatica
   nuttig en belangrijk is.

Even terugblikken: hoe is de toets schrijfvaardigheid in periode 2 gegaan? Hoe en hoe lang heb je je precies voorbereid? Welk cijfer verwacht je gehaald te hebben?

Periode 3

Grammatica (2x)                 toetsweek 3

- zinsdelen

- woordsoorten

Fictieopdracht (1x)             week 7

- mening geven

Spelling 

- één hfdst (werkwoord)spelling

Fictie

Je hebt in de week voor de kerstvakantie en in de vakantie zelf volop uit je boek gelezen. Je hebt een C-boek uitgekozen en je gaat het boek de komende weken op je gemak uitlezen. Daarna maak je een praktische opdracht.

De praktische opdracht bestaat uit twee onderdelen:

• verplichte opdracht
• keuzeopdracht

Fictie

Verplichte opdracht

Mening geven, in 200 woorden. Maak gebruik
van beoordelingswoorden. Leg goed en duidelijk
uit wáárom je iets vindt én verwijs naar het
verhaal dat je hebt gelezen.

Keuzeopdracht

Gedichten zoeken, plattegrond tekenen of strip maken

Let op! Uiteraard let je op spelling, hoofdletters en leestekens.

opdracht 7, 9 en 10

Fictie

Belangrijk!

Neem de beschrijving van de opdracht vooraf én achteraf goed door. Je vindt de opdracht op de Classroom. Het beoordelingsmodel volgt later.

Deadline: week 7 (maandag 14 maart)

Voor B1C geldt: dinsdag 15 maart 

Is de deadline haalbaar wanneer jullie nog 

een paar keer even aan de opdracht werken?

Grammatica

Grammatica

We spreken af dat we áltijd dit stappenplan volgen. 
1. persoonsvorm:

    We gebruiken twee manieren om de pv te vinden.

2. zinsdeelstrepen zetten:

    - Het zinsdeel vóór de pv is één zinsdeel.

    - Ieder zinsdeel moet voor de pv gezet kunnen worden.

3. werkwoordelijk gezegde:
    Alle werkwoorden in de zin. 

4. onderwerp:
    Wie/wat + wg? 

Even terug naar de lesdoelen

Is duidelijk wat je precies kunt verwachten bij Nederlands in periode 3? En wat er ook van jou wordt verwacht?

Waarom is grammatica ook alweer nuttig en belangrijk?