This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Slechtnieuwsgesprek
Communicatie
Moeilijke gesprekken
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Wat gaan we doen?
1. Wat zijn de doelen van een slecht nieuws gesprek?
2.Uit welke fasen bestaat een slechtnieuwsgesprek?
3.Voorbeelden van een slechtnieuwsgesprek
4.Casus
5.Evaluatie
Slide 3 - Slide
Lesdoelen
Aan het einde van de les weet je het verloop van een slechtnieuwsgesprek te beschrijven.
Aan het einde van de les ben je instaat een slechtnieuwsgesprek te voeren.
Slide 4 - Slide
Wat weet je al over het slechtnieuwsgesprek?
Slide 5 - Open question
Wie heeft er al eens slecht nieuws medegedeeld aan iemand?
Slide 6 - Open question
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Slide 9 - Slide
Hoe zou je zelf willen dat slecht nieuws aan jou wordt verteld?
Slide 10 - Open question
Een slechtnieuwsgesprek heeft drie doelen:
1 het duidelijk overbrengen van de boodschap
2 het opvangen van de emoties
3 het helpen accepteren van het nieuws
Slide 11 - Slide
Slechtnieuws ontvangen
Het is afhankelijk van de reactie van betrokkenen in hoeverre doelen in één gesprek worden bereikt.
Emoties, die het nieuws oproepen, kunnen de inhoud en het verloop van het gesprek beïnvloeden.
Ieder mens ontvangt het slechte nieuws op een andere manier
Slide 12 - Slide
Fase 1 Bereid je voor
Het is vooral belangrijk dat je weet hoe je de vervelende boodschap en de belangrijkste feiten en argumenten duidelijk overbrengt op de cliënt. Bijzaken bespreek je pas later, op een moment dat de ander daaraan toe is.
Slide 13 - Slide
Fase 2 Breng het slechte nieuws
Je meldt direct kort en krachtig wat er aan de hand is. ‘Ik heb slecht nieuws voor u’ of ‘Ik ben bang dat ik een vervelende mededeling voor u heb’. BELANGRIJK: draai niet om de boodschap heen!
Het is tijdens deze stap belangrijk dat je laat zien dat je met de ander meeleeft.
Slide 14 - Slide
Meedelen van het slecht nieuws
"De klap uitdelen"
Direct en zo snel mogelijk
BV: Er is een groot probleem……….
BV: Ik heb een slechte boodschap voor U………..
Slide 15 - Slide
Valkuilen
Bagatelliseren
(= de heftigheid ontkennen, minder erg maken,)
Eufemismen gebruiken (verzachten)
Je wordt ontslagen maar je vind wel iets anders
Slide 16 - Slide
Geen goede voorbeelden
‘U kunt geen kinderen meer krijgen maar gelukkig hebt U er al 2’
Ach, die operatie stelt niet veel voor….’
Via de telefoon het nieuws meedelen
‘Ik heb niet veel tijd maar wil U toch alvast vertellen dat……
Slide 17 - Slide
Fase 3
Maak gedachten en gevoelens bespreekbaar
Het is aan jou om de emoties van de ander aan te voelen en te begrijpen.
Slide 18 - Slide
De klap opvangen
Je weet van te voren niet hoe iemand gaat reageren
Reactie:
‘Dat kan niet’ (ontkenning)
‘Ik maak er een rechtszaak van…’ (woede)
Verdriet, radeloosheid, paniek…enz….
of
bevriezen
Slide 19 - Slide
Valkuilen
Emoties van jezelf: Geen tijd nemen voor emoties van de betrokkene
Agressie/ boosheid van de betrokkene: Je aangevallen voelen of in de verdediging schieten/In discussie gaan
Angst van de betrokkene: Sussende/ opbeurende opmerkingen
Bang zijn voor stilte die valt: laat maar komen is goed.
Slide 20 - Slide
Fase 4
Bespreek mogelijke oplossingen:
- Je kunt aangeven welke mogelijkheden er zijn. Het kan ook zo zijn dat de cliënt nog niet toe is aan deze fase. Je maakt dan een afspraak om dit op een later moment te doen.
- Het kan ook zijn dat er geen oplossing is bij slechtnieuws. Rond het gesprek dan netjes af en vraag aan de ander wat zijn wens is.
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Fase 5
Rond het gesprek af
Slide 24 - Slide
Hoe start je een slechtnieuwsgesprek?
A
Met een voorzichtige introductie
B
Kort en duidelijk
C
Met een grapje
D
Open vraag
Slide 25 - Quiz
Bij fase 2 van het slechtnieuwsgesprek ga je niet te veel in op de emoties
A
waar
B
niet waar
Slide 26 - Quiz
Non verbale communicatie speelt geen rol bij een slechtnieuwsgesprek.
A
waar
B
niet waar
Slide 27 - Quiz
Slide 28 - Video
Wat vind je van het filmpje?
Slide 29 - Open question
Zelf aan de slag
Maak een drietal: 1 cliënt, 1 sociaal werker, 1 observator
Kies een onderwerp voor een slechtnieuwsgesprek (vanuit je eigen stagepraktijk)