This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Slide 1 - Video
Is dit waargebeurd?
Slide 2 - Open question
Hoe weet je dat?
Slide 3 - Open question
fictie/non-fictie
Je kunt fictie van non-fictie onderscheiden.
Je kunt een biografie herkennen.
Je kunt de betekenis van moeilijke woorden achterhalen.
Je kunt een schema van een non-fictietekst maken.
Slide 4 - Slide
Fictie/non-fictie
Slide 5 - Slide
Fictie/non-fictie
Slide 6 - Slide
Fictie/non-fictie
Slide 7 - Slide
Enkele voorbeelden
Slide 8 - Slide
Fictie
non-fictie
Slide 9 - Drag question
Vind je het belangrijk dat verhalen realistisch zijn? Waarom (niet)?
Slide 10 - Open question
Lezen: p. 100
Slide 11 - Slide
Luisteren: Het verhaal van Boef
Bekijk de video en geef antwoord op de vragen op pagina 104-105.
Na de tweede keer luisteren: vul het werkblad verder in.
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Video
Verbetering werkblad:
1) B
2) B
3) B
4) D
5) B
Slide 14 - Slide
Verbetering werkblad:
A) Door zijn eigen truien ter verkopen.
B) Focus jij je bewust of onbewust op de negatieve aspecten van iets, dan zul jij daar meer van ‘aantrekken’. Zie jij het glas doorgaans als halfvol, dan zul je meer positieve dingen in je leven tegenkomen.
Slide 15 - Slide
Eigen biografie
Vul het kader in op pagina 105.
Nu is het jouw beurt!
Zoek online gegevens op van een bekend persoon die je interesseert. Maak zelf een kader aan zoals op pagina 105.
Verzamel de gegevens en zorg dat je jouw persoon aan de klas kan voorstellen.