Hoofdstukopening - Taalweetjes

• Nederlands
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 3

Veel woorden zijn nog steeds herkenbaar. Kun jij raden wat de volgende woorden betekenen?

botsmuts

moltrein

papwiel

stokkielekker

wipmat

lekke band

lolly

metro

helm

trampoline

Hoeveel talen worden er, over de hele wereld, gesproken?

meer dan 6000

1. Mijn *nonkel* heeft zijn been gebroken.

1. hond
2. oom
3. paard

2. Hiphopartiest Tourist LeMC heeft nieuwe muziek klaar: “Zonder *zwanzen*: ik vind dit de beste plaat die ik ooit gemaakt heb.”

1. de waarheid zeggen
2. onzin praten
3. zweten

3. Met een *duimspijker* prikt Dolf een foto aan de muur.

1. punaise
2. schroef
3. wasknijper

4. Het was *plezant* in de zoo van Antwerp.

1. druk
2. leuk
3. saai

5. Bravo! We zijn allemaal heel *fier* op jou.

1. blij
2. boos
3. trots

6. De *buitenwipper* had me niet zien binnenkomen.

1. gastheer
2. konijn
3. portier

7. Ik ben mijn *dagklapper* alweer vergeten!

1. agenda
2. schrift
3. tas

8. Dat *zoekertje* van die scooter wordt vaak gedeeld.

1. advertentie
2. GPS-systeem
3. toeter

9. Een *klavier* dat door meerdere mensen wordt gebruikt, bevat veel bacteriën.

1. snijplank
2. toetsenbord
3. wc-bril

10. Zonder *kletterpet* op uw scooter rijden, is gevaarlijk.

1. helm
2. lichten
3. toeter