2 Populatie - steekproef

Wat is statistiek? Deel 2
populatie - steekproef
In dit onderdeel leer je de volgende basisbegrippen:
  • statistiek
  • populatie
  • steekproef
  • aselecte steekproef
  • representatieve steekproef
  • kenmerk
  • element

1 / 10
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Wat is statistiek? Deel 2
populatie - steekproef
In dit onderdeel leer je de volgende basisbegrippen:
  • statistiek
  • populatie
  • steekproef
  • aselecte steekproef
  • representatieve steekproef
  • kenmerk
  • element

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

De volgende slide is een sleepvraag.
Sleep een gepaste definitie naar het bijhorend begrip.

Slide 3 - Slide

statistiek
populatie
steekproef
aselecte
steekproef
representatieve
steekproef
kenmerken
elementen
Een steekproef die een correct beeld geeft van de verscheidenheid binnen de populatie, als alle deelverzamelingen van de populatie evenredig vertegenwoordigd zijn.
De totale verzameling van mensen, dieren, objecten of systemen waarvan we één of meerdere kenmerken willen onderzoeken.
De objecten (personen, dieren, goederen,..) waarover informatie verzameld wordt.
Een deelverzameling van de populatie.
De wetenschap van het verzamelen, bewerken, interpreteren en presenteren van gegevens, met als doel betrouwbare uitspraken te doen over een populatie.
Een steekproef waarbij de elementen door toeval zijn aangeduid, zodat elk element van de populatie evenveel kans maakt om in de steekproef terecht te komen.
De eigenschappen van een element. Ze worden ook variabelen of veranderlijken genoemd.

Slide 4 - Drag question

De volgende 5 slides zijn open vragen. 
In elke slide krijg je een voorbeeld van een statistisch onderzoek. 
Bepaal bij elk voorbeeld het kenmerk, de populatie en de steekproef.

Slide 5 - Slide

Na de treinramp in Wetteren op 4 mei 2013 waarbij o.a.
de giftige stof acrylnitril vrijkwam, wil men de grond en
het grondwater in de buurt van het ongeval testen op
verontreiniging.

Slide 6 - Open question

Een school koopt zeteltjes aan voor de ontspanningsruimte.
Om te beslissen naar welke zeteltjes de voorkeur van de
leerlingen gaat, vraagt de directeur naar de mening van
alle leden van de leerlingenraad.

Slide 7 - Open question

Een fabrikant produceert lampen en moet het aantal branduren
op de verpakking zetten. Hij wil dus achterhalen hoe lang elke
type lamp brandt. Daarvoor onderwerpt hij een aantal lampen
aan een test.

Slide 8 - Open question

De schepen van sport en cultuur heeft wat geld om ofwel een zwembad
ofwel een cultureel centrum te bouwen. Om te kunnen kiezen voor één van
die twee opties, wil ze weten hoe de vrijetijdsbesteding van de inwoners is.
Ze organiseert zelf een kleine telefonische enquête en belt overdag naar
een twintigtal mensen met een aantal vragen.

Slide 9 - Open question

Een man gaat vaak winkelen in drie verschillende grootwarenhuizen
en wil uitmaken welke winkel de goedkoopste is. Hij kiest daarvoor 6
producten die hij of zijn familie vaak gebruikt en vergelijkt de som van
de prijzen van deze 6 producten in de winkels.

Slide 10 - Open question