Ik en mijn Omgeving

• Studielessen
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1-4

Ik en mijn Leefomgeving

(Levensloopboekje)

Startklaar 

         

       Goedemorgen allemaal

       Thema : ik en mijn leefomgeving (wonen)  

       Stop je telefoon in je tas of in je jas

       Zet je Chromebook aan en ga naar lessonUP

      

De docent geeft altijd het goede voorbeeld en positioneert zichzelf bovenaan de schoolladder op zowel kennis, vocabulaire als attitude. Bij de start van iedere les verwelkomt de docent de leerlingen, noemt namen, maakt een praatje en besteed aandacht aan het welbevinden van de leerlingen. De leerlingen zitten startklaar met bijvoorbeeld spullen voor zich en zijn ingelogd in LessonUp of een vergelijkbaar digitaal leermiddel. De docent eist 100% aandacht voordat hij start met de les en spreekt verwachtingen uit die specifiek, concreet, samenhangend en waarneembaar zijn geformuleerd.

Inleiding

•Je woont nu bij je ouders/verzorgers

• Waar woon je (in welke stad en in welke wijk of straat?) als je niet meer bij je ouders woont.

• Met wie woon je dan?

• Wat voor soort huis heb je? (flat, villa, rijtjeshuis, portiek etc.)

• Hoe ziet jouw huis er van binnen uit? (hoeveel kamers zijn er, hoe zijn ze ingericht?)

Leerdoelen

 Aan het einde van de les:

• kan de leerling met een PPP zijn/haar levensloop met daarbij  de verschillende woningen in zijn/haar leven.  
• Kan de leerling een presentatie voor de klas houden.

Leerdoelgericht werken: 

Voor iedere leerling is duidelijk waar er aan gewerkt gaat worden. Docenten geven vanuit deze leerdoelen vorm aan

de inhoud van hun lessen. Om dit voor leerlingen behapbaar te houden wordt alleen het hoognodige aangeboden. Iedere les worden de beoogde leerdoelen kenbaar gemaakt en

worden onderwijsactiviteiten ingezet die moeten leiden tot het beoogde leerdoel. Hierbij wordt gericht ingezet op succeservaringen. Leerdoelen worden vanuit hoge positieve verwachtingen van alle leerlingen geformuleerd en zetten in op succeservaringen. 

Voorkennis activeren

Welke soort woningen bestaan er?

Hoe heet de wijk waar je woont?

Wat is allemaal te vinden in je wijk?

 

Voorkennis activeren: 

In iedere les wordt relevante voorkennis geactiveerd aan de hand

van een terugblik-opdracht om zo de mate van stofbeheersing te bepalen en richting te

geven aan de rest van de les. Enkele werkvormen die zich hier mooi voor lenen zijn:

https://toetsrevolutie.nl/?p=2436

Welke type woningen
ken je?

Noem 5 namen van type woningen.

Theorie 

Je kan in een huurhuis of een koophuis.

Je kan alleen wonen maar je kan ook met andere wonen

Je woont in een eengezinswoning, portiekwoning, galerij, flat.......enz 

Aan de slag

Ga aan de slag met:

 Vragen beantwoorden over  PPP Levensloopboekje

De docent zet de leerlingen aan de slag met actieve verwerking van de lesstof. De docent zorgt voor afwisseling in de oefentypes. Leerlingen leren op deze manier verschillende leerstrategieën te gebruiken. De opdrachten en/of werkvormen sluiten aan bij de vooropgestelde leerdoelen. Wanneer leerlingen (online) opdrachten krijgen is het belangrijk dat ze goed begrijpen wat ze moeten doen, hoe ze hulp van de docent kunnen krijgen en feedback kunnen krijgen over hoe ze iets kunnen verbeteren. Daarnaast geeft de docent verlengde instructie aan de leerlingen die het leerdoel nog niet behaald hebben. Verder biedt de docent verrijking en verdieping aan de leerling die dat nodig hebben. Zo kan er gedurende de les gedifferentieerd worden.

Opdracht

 Levensloopboekje

Beantwoord de vragen in de bijlage

……………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………………

Terugblik

Hoe ging het bij het maken van de opdracht?

Wat weet jij nu meer uit de presentaties?

Begrippen uit deze les

• Bejaardenhuis
• Jongeren hostel
• Verzorgingshuis

Afsluiting

In de slotfase van de les controleert de docent of de leerdoelen door alle leerlingen behaald zijn en plaatst de les in de context van de betreffende periode. De docent evalueert samen met de leerlingen de les, het proces en blikt vooruit. 

Hoe ging het en wat heb je geleerd?

BEGRIPPEN VAN DEZE LES

...

...

...

...

...

Exit ticket (formatief evalueren)

Zie voorbeelden in de map TOOLS 

van de gedeelde map.

Formatief evalueren: 

Het werken met leerdoelen maakt effectief feedback geven mogelijk.

Gedurende de les wordt continue geëvalueerd in hoeverre de leerlingen de leerdoelen

beheersen. Leerlingen gaan pas aan de slag met het volgende leerdoel wanneer zij

aantonen de vorige te beheersen. De docent laat op verschillende manieren weten waar

leerlingen naartoe werken (feed-up), of zij goed bezig zijn (feed-back) en wat de volgende

stap is (feedforward). Deze feedback is niet alleen gericht op een taak/product, maar vooral

ook op hoe leerlingen op een juist antwoord zijn gekomen (proces). Enkele praktische tips

om met formatief evalueren aan de slag te gaan: https://toetsrevolutie.nl/?p=2298 &

https://hetdigitalewerkvormenboek.files.wordpress.com/2020/07/het-digitale-

werkvormenboek.pdf