What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Voorzetselvoorwerp
Lezen in leesboek
1 / 13
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
This lesson contains
13 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Lezen in leesboek
Slide 1 - Slide
Ontdek wat je al wist!
Je hebt de eerste ontdekopdracht gemaakt.
Ga naar blz. 9 van het grammaticaboekje!
--> Bespreken
-
Slide 2 - Slide
Lesdoelen
Je weet wat een voorzetselvoorwerp is.
Je kunt het voorzetselvoorwerp in een zin benoemen.
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Video
Voorzetselvoorwerp
Een voorzetselvoorwerp begint altijd met een voorzetsel.
Een voorzetselvoorwerp komt voor bij werkwoorden met een vast voorzetsel (luisteren naar, rekenen op, delen door, geven om).
Het voorzetsel verbindt het voorzetselvoorwerp met het gezegde.
Voorbeelden
Ik ben niet tevreden
met deze computer
. --> tevreden zijn met
Lenny houdt al meer dan tien jaar
van Kevin
. --> houden van
Slide 5 - Slide
Voorzetselvoorwerp
Een zinsdeel dat met een voorzetsel begint welke je niet uit de zin kunt weghalen, is altijd een voorzetselvoorwerp.
Behalve als het zinsdeel een plaats aangeeft, dan is het een bijwoordelijke bepaling.
Bijvoorbeeld
Zij wacht
op haar vriendinnen
. --> voorzetselvoorwerp
Zij wacht
op het schoolplein
. --> bijwoordelijke bepaling.
Slide 6 - Slide
Is het zinsdeel tussen haakjes een voorzetselvoorwerp?
Waarom zou je (aan jezelf) twijfelen?
A
Ja
B
Nee
Slide 7 - Quiz
Is het zinsdeel tussen haakjes een voorzetselvoorwerp?
Ik wacht al uren (bij de trein).
A
Ja
B
Nee
Slide 8 - Quiz
Wat is het zinsdeel tussen haakjes?
Ik heb (voor jou) een schilderij gemaakt.
A
voorzetselvoorwerp
B
meewerkend voorwerp
C
lijdend voorwerp
D
bijwoordelijke bepaling
Slide 9 - Quiz
Wat is het zinsdeel tussen haakjes?
Ik ben soms bang (voor het donker).
A
voorzetselvoorwerp
B
meewerkend voorwerp
C
lijdend voorwerp
D
bijwoordelijke bepaling
Slide 10 - Quiz
Wat is het voorzetselvoorwerp in de zin?
Ze heeft gisteren een abonnement op haar favoriete tijdschrift afgesloten.
Slide 11 - Open question
Wat is het voorzetselvoorwerp in de zin?
De politie waarschuwde hem voor de laatste keer.
Slide 12 - Open question
Aan de slag!
Wat? Lezen blz. 12 en 13
Maken opdracht 3 en 4
Hoe? Grammaticaboekje en potlood
Tijd? 20 minuten
Hulp? 10 minuten zelfstandig, 10 minuten samen
Klaar? Opdracht 5.
Slide 13 - Slide
More lessons like this
Voorzetselvoorwerp
October 2023
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
Voorzetselvoorwerp
December 2022
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 3
H2 voorzetselvoorwerp
November 2022
- Lesson with
13 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2,3
Grammatica zinsdelen: Voorzetselvoorwerp
February 2024
- Lesson with
23 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
KERN les 47 voorzetselvoorwerp H2
March 2023
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
H2 voorzetselvoorwerp
November 2023
- Lesson with
14 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2,3
2 vwo vv
January 2020
- Lesson with
12 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2 vwo grammatica
February 2019
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2