- einde bloeiperiode Romeinse rijk; er ontstaan Germaanse rijken
- de adel gaat een belangrijke rol spelen
- rond 800 verovert Karel de Grote West-Europa. Hij brengt het christendom (katholicisme)
en de officiële taal wordt het Latijn.
- de middeleeuwse samenleving is hiërarchisch; er is sprake van en standenmaatschappij.
- er is absolute gehoorzaamheid aan iedereen die boven je staat
- elke stand heeft zijn eigen literatuur en je schreef voor je stand