Literaire begrippen_HL

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

literaire begrippen

"Toen het landingsgestel met een dreun het beton raakte, schrok Rudolf Herter wakker uit een diepe, droomloze slaap."
Welk perspectief herken je hier?

1. ik-perspectief
2. auctoriale verteller
3. personaal perspectief

"Op het laatste moment ziet ze de man pas."
Welk perspectief herken je hier?

1. ik-perspectief
2. auctoriale verteller
3. personaal perspectief

Met personaal perspectief bedoelen we:

1. de ik-verteller
2. een hij/zij vorm
3. de auctoriale verteller

auctoriale verteller

1. verhaal in de hij of zij vorm
2. verhaal in de ik-vorm, verhaal over ik
3. personage met veel verschillende karaktereigenschappen
4. verteller die alles weet

Lees de  tekst uit het boek Karakter.

Wat is het vertel perspectief in 'Karakter' op deze bladzijde?

1. Ik-perspectief
2. Personaal perspectief
3. Alwetende/auctoriale verteller

13. Een alwetende verteller wordt ook wel auctoriale verteller genoemd.

1. waar
2. niet waar

Wat is een open plek in een verhaal?

1. Een spanningsboog
2. Een open plein in een verhaal
3. een situatie die heel spannend is
4. een situatie die een vraag oproept

Wanneer is een verhaal chronologisch?

1. Als de tijd verloopt volgens de tijdbalk. Deze kan worden onderbroken door terugblikken.
2. Als de tijd verloopt volgens de tijdbalk. Deze kan worden onderbroken door flashbacks.
3. Als de tijd onderbroken wordt door flashbacks.
4. Geen van alledrie

0

Wat is de historische tijd van dit verhaal?

Aan de hand waarvan je kun het innerlijk van een hoofdpersoon beschrijven?

1. Door wat hij doet en zegt
2. Zijn leeftijd en leefomstandigheden
3. Door wat hij doet en zegt en wat er over hem wordt beschreven.
4. Geen van alledrie

wat is het verschil tussen verteltijd en vertelde tijd?

1. de verteltijd =de tijd die je nodig hebt om het verhaal te vertellen, vertelde tijd = de tijd die verstrijkt in het verhaal.
2. de vertelde tijd= de tijd die je nodig hebt om het verhaal te vertellen de verteltijd = de tijd die verstrijkt in het verhaal.
3. de verteltijd = de tijd wanneer het verhaal speelt vertelde tijd =het verhaal dat verteld wordt.
4. de vertelde tijd=de tijd wanneer het verhaal speelt verteltijd = de tijd wanneer het verhaal verteld wordt.

Wat is het verschil tussen tijdverdichting en tijdvertraging?

1. tijdverdichting = tijd die verstrijkt binnen verhaal, tijdvertraging = verteltijd langer dan vertelde tijd
2. tijdverdichting = verteltijd korter dan vertelde tijd tijdvertraging = verteltijd langer dan vertelde tijd
3. tijdverdichting = verteltijd langer dan vertelde tijd tijdvertraging = verteltijd korter dan vertelde tijd
4. tijdverdichting = verteltijd langer dan vertelde tijd tijdvertraging = tijd die verstrijkt binnen verhaal,

Wat is een auctoriaal perspectief?

1. Het verhaal wordt verteld vanuit de hoofdpersoon.
2. Het verhaal wordt verteld vanuit iemand buiten het verhaal.
3. synoniem voor ik-perspectief
4. synoniem voor hij/zij-perspectief

Wat is het perspectief?

"De eerste tien jaar van mijn leven was ik niet arm. Ik was op veel manieren anders dan de mensen om mij heen, maar armer was ik niet. Dat weet ik. Er is een moment geweest waarop ik het merkte. Dat herinner ik me als de dag van gisteren."

1. Ik-perspectief
2. Personaal (hij/zij perspectief)
3. Alwetend (auctoriaal) perspectief
4. Meervoudig perspectief

Wat is het perspectief?

Hij keek op zijn lichtgevend horloge, dat aan een spijker hing. ‘Kwart voor zes,’ mompelde hij, ‘het is nog nacht.’ Hij wreef zich in het gezicht. ‘Wat een ellendige droom,’ dacht hij. ‘Waar ging het over?’ Langzaam kon hij zich de inhoud te binnen brengen. Hij had gedroomd, dat de huiskamer vol bezoek was. ‘Het wordt dit weekeind goed weer,’ zei iemand. 

1. Ik-perspectief
2. Personaal (hij/zij perspectief)
3. Alwetend (auctoriaal) perspectief
4. Meervoudig perspectief

Wat is het perspectief?

"Muller was hinderlijk keurig. Hij zag er altijd uit of hij zojuist van de stomerij kwam, broek vlekkeloos in de plooi, regenjas opgesteven, blauwe blazer ongekreukt en zijn lippen in een glimlach geperst. Niemand mocht zich aan hem storen. Hij wilde een onberispelijke indruk maken. Muller was beleefd, hij knikte altijd begrijpend als een ander wat betoogde, ja als het ja moest zijn, 5 soms nee. Een vertegenwoordiger mag nooit opvallen, vond hij. Vaak wisten de mensen met wie hij onderweg te maken had, niet eens of hij komen moest of al was langs geweest."

Fragment van 'Een bord spaghetti" - Adriaan van Dis (1984)"

1. Personaal (hij/zij) perspectief
2. Alwetend (auctoriaal) perspectief
3. Ik-perspectief
4. Meervoudig perspectief

Hoe noem je het literaire begrip waarbij er sprake is van wisselend perspectief?

1. hij/zij-perspectief
2. ik-perspectief
3. meervoudig perspectief
4. onbetrouwbaar perspectief

Wat is een belangrijke open plek in dit fragment?

Worden de open plekken ingevuld?

1. ja
2. nee

Heeft dit fragment een open of gesloten einde?

1. open
2. gesloten