Unit 3 lesson 2

Vak: Engels
Hoofdstuk: Unit 3 Lesson 2
1.
Lesopening
2.
Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 23
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Vak: Engels
Hoofdstuk: Unit 3 Lesson 2
1.
Lesopening
2.
Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
3.
Arrangementen
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Slide

1. Lesopening
- Pak je Engels boek, maar hou deze nog even dicht.
- Pak je ipad en ga naar lesson up.

Slide 2 - Slide

2. Lesdoel + Leergebiedoverstijgend doel
Lesdoel:
- Je kunt aangeven wat het belang van een taak is voor jezelf of voor het bereiken van een bepaald doel.
- Je kunt deelnemen aan een eenvoudige chatsessie en zelfstandig standaardformulier invullen.
- Je oefent met de volgende grammatica: will + hele werkwoord, irregular verbs en short answers. 

Slide 3 - Slide

3. Mini-check

Slide 4 - Slide

Short answer:
Is that a dog? Yes, ...

Slide 5 - Open question

SHORT ANSWERS
Was this a clear exercise?

Slide 6 - Open question

Irregular verb:

beginnen
A
to begin - begin - begin
B
to begin - began - begun
C
to begin - began - began
D
to begin - begun - begun

Slide 7 - Quiz

Irregular verbs

Verstoppen
A
To hide - hided - hidden
B
To hide - hid - hidden
C
To hide - hode - hoden
D
To hide - hid - hid

Slide 8 - Quiz

Irregular verb of
kosten
A
to cost - costed - costen
B
to cost - chosten - gecost
C
to cost - costed - costed
D
to cost - cost - cost

Slide 9 - Quiz

Je gebruikt 'will + hele werkwoord' bij:
A
Voorspelling met bewijs
B
Voorspelling zonder bewijs
C
Tijdens volgens een schema
D
Plannen in de toekomst

Slide 10 - Quiz

4. Instructie

Slide 11 - Slide

Irregular verbs
go - went - gone

1e rijtje: tegenwoordige tijd (present simple)
2e rijtje: verleden tijd (past simple)
3e rijtje: voltooide tijd (present perfect + have)

Today, I go to school.
Yesterday, I went to school.
I have gone to school.

Slide 12 - Slide

Lets practice

Slide 13 - Slide

burn - burnt - .....
(ver)branden
A
have burn
B
have burning
C
have burnt
D
have burnd

Slide 14 - Quiz

..... - chose - have chosen
(kiezen)
A
chose
B
choose
C
chosen
D
chosed

Slide 15 - Quiz

DO
CATCH
BE
BUY
DRINK
did
caught
was/were
bought
drunk
caught
done
bought
drank
been

Slide 16 - Drag question

Will + hele werkwoord
- gaat in de toekomst gebeuren
- spontaan besloten, niet vastgelegd

Ontkennend - Will + not = won't
:( I won't go with you!
:( It won't start soon.
:( We won't do it!

Slide 17 - Slide

Will + hele werkwoord
- gaat in de toekomst gebeuren
- spontaan besloten, niet vastgelegd

Bevestigend
:) I will go with you!
:) It will start soon.
:) We will do it! - We'll do it.

Slide 18 - Slide

Will + hele werkwoord
- gaat in de toekomst gebeuren
- spontaan besloten, niet vastgelegd

Vragend - Let op! I & we = shall
? Shall I gowith you!
?  Will it start soon?
? Shall we do it?

Slide 19 - Slide

5. Begeleid inoefenen
Doorloop samen de opdrachten van lesson 2. Kijk goed naar de verschillende opdrachten en stel vragen als je een opdracht niet snapt. 

Slide 20 - Slide

6. Zelfstandig werken
Maak opdracht 12 t/m 26 op blz. 97 t/m 107

Slide 21 - Slide

7. Evaluatie
Hoe ging de les?
Heb je nog vragen of loop je nog ergens tegen aan?

Slide 22 - Slide

7. Evaluatie
Hoe ging de les?
Lukt het je om vragen die woorden gesteld uit een tekst te halen?
Heb je nog ergens hulp bij nodig?

Slide 23 - Slide