Signaalwoorden en tekstverbanden

Verbanden en signaalwoorden
Doelen van de les:
- je kunt signaalwoorden herkennen
- je kunt zins- en alineaverbanden herkennen
(door de signaalwoorden op te sporen)


1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 1 min

Items in this lesson

Verbanden en signaalwoorden
Doelen van de les:
- je kunt signaalwoorden herkennen
- je kunt zins- en alineaverbanden herkennen
(door de signaalwoorden op te sporen)


Slide 1 - Slide

0

Slide 2 - Video

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Zowel basis als kader maken Lezen blok 4 de opdrachten 1 t/m 5
Zie toolbox 'Signaalwoorden' in Blink

Slide 8 - Slide

We gaan nu oefenen. 

Slide 9 - Slide

Oefenen
Je maakt een aantal oefeningen op Wikiwijs. Ik zet zo de link in het huiswerk van vandaag.

 Je maakt 'oefening met tekst' en opdracht 1 t/m 3

Je doet dit zelfstandig en stil.

Je hebt 20 minuten de tijd.

Klaar? Begin aan les 3 van Blink - Lezen Special (=huiswerk)

Slide 10 - Slide

Welk tekstverband geeft het signaalwoord aan?
Sleep de signaalwoorden naar het goed tekstverband.
opsomming
tegenstelling
tijdsvolgorde
echter
maar
ook
nadat
daarnaast
terwijl

Slide 11 - Drag question

Om mijn Engels te verbeteren, gebruik ik een online cursus Engels.
A
oorzaak/gevolg
B
reden
C
doel/middel
D
toelichting

Slide 12 - Quiz

Voordat Peter naar school gaat, ontbijt hij met zijn moeder. Daarna vertrekt hij naar zijn vriend.
A
opsommend tekstverband
B
tijdsvolgorde
C
tegenstellend tekstverband
D
doel/middel verband

Slide 13 - Quiz

Net als in veel landen is het in Nederland verboden mensen te discrimineren op grond van ras.
A
vergelijkend
B
oorzaak/gevolg
C
toelichtend
D
voorwaardelijk

Slide 14 - Quiz

Doordat de brug open was, kwam Peter te laat op zijn werk.
A
tijdsvolgorde (chronologie)
B
oorzaak-gevolg
C
voorwaarde
D
reden

Slide 15 - Quiz

Vanwege het lawinegevaar konden wee niet gaan langlaufen.
A
oorzaak/gevolg
B
tijdsvolgorde
C
tegenstellend
D
concluderend

Slide 16 - Quiz

Rest van de les
Je werkt aan Lezen Special les 3

Dit is ook huiswerk

Volgende les doen we een oefentoets. Je kunt alleen meedoen als je je huiswerk af hebt.

Slide 17 - Slide