PTA fictie 3/4

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 4

PTA fictie 3/4

gesloten en open einde

gesloten = afgerond en opgelost

open einde = onzeker einde, nog niet afgerond

vertelperspectief

ik-verteller: de hoofdpersoon vertelt wat er gebeurt. 

hij/zij-verteller: ook uit de ogen van één personage, maar uit de hij/zij vorm. 

Wat is het perspectief?

"De eerste tien jaar van mijn leven was ik niet arm. Ik was op veel manieren anders dan de mensen om mij heen, maar armer was ik niet. Dat weet ik. Er is een moment geweest waarop ik het merkte. Dat herinner ik me als de dag van gisteren."

1. Ik-perspectief
2. hij/zij perspectief

Wat is het perspectief?

Hij keek op zijn lichtgevend horloge, dat aan een spijker hing. ‘Kwart voor zes,’ mompelde hij, ‘het is nog nacht.’ Hij wreef zich in het gezicht. ‘Wat een ellendige droom,’ dacht hij. ‘Waar ging het over?’ Langzaam kon hij zich de inhoud te binnen brengen. Hij had gedroomd, dat de huiskamer vol bezoek was. ‘Het wordt dit weekeind goed weer,’ zei iemand. 

1. Ik-perspectief
2. hij/zij perspectief

Opdracht

Het verhaal wordt aan iemand opgedragen.

Fictie beoordelen

Mening = beoordelingswoord + argument + voorbeeld

Ik vond het boek origineel (mening), want het einde bevat een woordgrapje dat ik goed bedacht vond (argument). Mummies zijn in doeken gewikkeld en de ik-persoon noemt de mummie een ingewikkelde vent (voorbeeld).

Denk aan je boek uit het fictie-uur en schrijf een beoordeling.

Fictie op internet

Er is veel te vinden.

Let op: neem nooit zomaar iets over!

Recensies

Bespreking van een boek of film door een recensent. 

Vaak in kranten, tijdschriften of op internet. 

Interviews

Vaak na een boek of film. 

Kan je gebruiken bij je beoordeling of voorafgaand aan het lezen of kijken.