Week 15- Leerjaar 2 §5 Tussenletters in samenstellingen

week 15 les 3+4 - 2htvtb
Eerste lesuur
  • 10 minuten stillezen
  • Terugblik samenstellingen
  • Uitleg
  • Zelf oefenen








timer
10:00
Tweede lesuur
  • 10 minuten stillezen
  • Werken aan script Stiefkind
  • Nieuwsquiz
1 / 23
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1,2

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

week 15 les 3+4 - 2htvtb
Eerste lesuur
  • 10 minuten stillezen
  • Terugblik samenstellingen
  • Uitleg
  • Zelf oefenen








timer
10:00
Tweede lesuur
  • 10 minuten stillezen
  • Werken aan script Stiefkind
  • Nieuwsquiz

Slide 1 - Slide

Samenstellingen

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Na deze les: 

  • Heb je de theorie van tussenletters in samenstellingen geleerd. 
  • Heb je geoefend met de spelling van samenstellingen. 

Slide 3 - Slide

Een samenstelling: twee (of meer) woorden die samen één woord worden

Slide 4 - Slide

Hoe schrijf je de samenstelling van
liefde+verdriet
A
liefdeverdriet
B
liefdenverdriet
C
liefdesverdriet
D
liefdverdriet

Slide 5 - Quiz

Hoe schrijf je de samenstelling van
varken+staart
A
varkensstaart
B
varkenstaart
C
varkestaart
D
varkesstaart

Slide 6 - Quiz

Hoe schrijf je de samenstelling van
zon+schijn
A
zonnesschijn
B
zonschijn
C
zonnenschijn
D
zonneschijn

Slide 7 - Quiz

Tussenletter 's' in samenstelling
  • Als je een -s tussen de twee delen hoort, schrijf je die ook:
jongensdroom
stationsweg 
  • Begint het rechterdeel van het woord ook met een s vervang het dan met een ander woord.
varkensstaart
varkenshok

Slide 8 - Slide

Tussenletter 'n' in samenstelling
Als het eerste deel van de samenstelling een meervoud op -en heeft, dan schrijf je dat ook in de samenstelling.
Dus:
beukennootje
fietsenstalling

Slide 9 - Slide

Uitzonderingen
Je schrijft géén tussen -n of -s als het linkerdeel:
- geen meervoud heeft: tarwebrood, hellevuur
- uniek is, er is er maar één van: zonnebank, maneschijn 
- het (ook) een meervoud op s heeft: horlogebandje,  groentesoep
- geen zelfstandig naamwoord is (zn:) hogeschool (b.n.w.), huilebalk (w.w.)
- aangeeft hoe groot, goed, klein, stom iets is (=versterkend): reuzeleuk, apetrots
- versteende uitdrukking is: bullebak, schattebout, elleboog (woorden waren vroeger samenstellingen maar tegenwoordig komen losse delen niet meer voor in onze taal)

Slide 10 - Slide

Maak een samenstelling van de woorden:
stoel + dans

Slide 11 - Open question

Maak een samenstelling van de woorden:
huis + markt

Slide 12 - Open question

Maak een samenstelling van de woorden:
maan + schijn

Slide 13 - Open question

Waarom heeft de samenstelling een tussenletter -e-?
breedtestraal
A
Het eerste woord gaat over iets waar er maar één van is
B
Het eerste woord heeft een versterkende betekenis
C
Het eerste woord heeft een meervoud op -en én op -s

Slide 14 - Quiz

Waarom heeft de samenstelling een tussenletter -e-?
zonnebril
A
Het eerste woord gaat over iets waar er maar één van is
B
Het eerste woord heeft een versterkende betekenis
C
Het eerste woord heeft een meervoud op -en én op -s

Slide 15 - Quiz

Waarom heeft de samenstelling een tussenletter -e-?
dieptepunt
A
Het eerste woord gaat over iets waar er maar één van is
B
Het eerste woord heeft een versterkende betekenis
C
Het eerste woord heeft een meervoud op -en én op -s

Slide 16 - Quiz

Waarom heeft de samenstelling een tussenletter -e-?
reuzegroot
A
Het eerste woord gaat over iets waar er maar één van is
B
Het eerste woord heeft een versterkende betekenis
C
Het eerste woord heeft een meervoud op -en én op -s

Slide 17 - Quiz

Maak een samenstelling van de woorden:
bezoeker + centrum

Slide 18 - Open question

Maak een samenstelling van de woorden:
pakje + avond

Slide 19 - Open question

Maak een samenstelling van de woorden:
lengte + verschil

Slide 20 - Open question

Zelf oefenen
Wat: Lees de theorie van cursus 7 §5 spelling en maak de opdrachten van  §5 (1 t/m 5) p. 256-257
Hoe:  Individueel in je boek of op je laptop, maar je mag op fluisterniveau overleggen met degene die naast je zit. 
Hulp: Theorie uit je boek of internet en buur.
Uitkomst: Je hebt geoefend met de tussenletters in samenstellingen
Tijd:  15 minuten

Klaar?
Werk aan script Stiefkind of pak je leesboek
timer
15:00

Slide 21 - Slide

week 15 les 3+4 - 2htvtb
Eerste lesuur
  • 10 minuten stillezen
  • Terugblik samenstellingen
  • Uitleg
  • Zelf oefenen








timer
10:00
Tweede lesuur
  • 10 minuten stillezen
  • Werken aan script Stiefkind
  • Nieuwsquiz

Slide 22 - Slide

Stiefkind
Wat?: Werk verder aan je script van Stiefkind
Hoe?: Individueel of in je groepje
Hulp?: Groepsleden, leraar, voorbeelden online.
Tijd?: 15 min
Uitkomst?: Je hebt verder kunnen schrijven aan je script.


Klaar?
Leesboek of ander huiswerk
timer
15:00

Slide 23 - Slide