Les 13 Lenen 4GT

Welkom
Telefoon in de telefoontas
Spullen op tafel
Maak de startopdracht
timer
5:00
1 / 18
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom
Telefoon in de telefoontas
Spullen op tafel
Maak de startopdracht
timer
5:00

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
Ik kan uitleggen dat lenen het overhevelen van koopkracht in de tijd is.
Ik kan de vier leenmotieven noemen en herkennen.
Ik kan de kredietkosten van een lening berekenen.
Ik kan verschillende leenvormen noemen en herkennen.

Slide 2 - Slide

Uitleg

Slide 3 - Slide

Lenen
Toekomstige consumptie naar het heden verplaatsen.

Slide 4 - Slide

Lenen

Slide 5 - Slide

Leenmotieven
  • Aanschaf van een duurzaam consumptiegoed.
  • Tijdelijk geldtekort.
  • Onverwacht dringend geld nodig.
  • Aanschaf onroerend goed.

Slide 6 - Slide

Noor heeft € 7.500 geleend van haar bank. Na drie jaar moet ze € 9.000 terugbetalen aan de bank.
Waarom moet ze € 1.500 meer terugbetalen aan de bank?
A
Vanwege administratieve kosten en te betalen rente
B
Vanwege administratieve kosten en te ontvangen rente
C
Vanwege aflossing en administratieve kosten
D
Vanwege aflossing en rente

Slide 7 - Quiz

Veel mensen lenen geld voor de aanschaf van een duurzaam
consumptiegoed. Men onderscheidt nog meer motieven om geld te lenen.
Noem nog één ander motief van mensen om geld te lenen.

Slide 8 - Open question

Kredietkosten
Kredietkosten = termijnbedrag × aantal termijnen – krediet

Slide 9 - Slide

Kredietkosten
Bereken in één decimaal de kredietkosten in procenten van het te lenen bedrag.
kredietbedrag
looptijd
maandbedrag
€ 2.000
24 maanden
€ 94,16

Slide 10 - Slide

Kredietkosten
Bereken in één decimaal de kredietkosten in procenten van het te lenen bedrag.



Kredietkosten = termijnbedrag × aantal termijnen – krediet
kredietbedrag
looptijd
maandbedrag
€ 2.000
24 maanden
€ 94,16

Slide 11 - Slide

Fred kan € 1.000 van zijn broer lenen. Fred heeft met zijn broer afgesproken dat hij twee jaar lang elke maand € 45 aan zijn broer terugbetaalt. Bereken het bedrag van de kredietkosten van deze lening.

Slide 12 - Open question

Prijs € 1.798,99. Of 4 jaar lang € 53,95 per maand.
Bereken in één decimaal de kredietkosten in procenten van het te lenen bedrag. Schrijf je berekening op.

kredietbedrag
looptijd
maandbedrag
€ 2.000
24 maanden
€ 94,16

Slide 13 - Open question

Toepassen

Slide 14 - Slide

Toepassen
Pak je studiewijzer en maak de opdrachten.
Kijk na en verbeter je fouten.
Maak de herhalingsopdrachten of plusopdrachten als je klaar bent.
timer
20:00

Slide 15 - Slide

Afsluiting

Slide 16 - Slide

Imane heeft € 3.000 op een internetspaarrekening staan. De rente is 0,72%.
Bereken hoeveel rente Imane ontvangt na 14 maanden.

Slide 17 - Open question

Lening € 200. Termijnbedrag voor 24 maanden is € 9,36.
Bereken in één decimaal de kredietkosten in procenten van het te lenen bedrag. Schrijf je berekening op.

Slide 18 - Open question