LJ1 3.4 Schimmels - LJ2 3.4 Uitscheiding

Vak: Biologie
Hoofdstuk: 3.4 schimmels - 3.4 uitscheiding
1.
Lesopening
2. 
Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
3.
Mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie
1 / 36
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Vak: Biologie
Hoofdstuk: 3.4 schimmels - 3.4 uitscheiding
1.
Lesopening
2. 
Lesdoel + leergebiedoverstijgende doelen
3.
Mini-check
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie

Slide 1 - Slide

1. Lesopening
LJ 1: Pak je boek van biologie en laat deze nog even dicht op tafel liggen. 

LJ 2: Open je boek via biologie op bladzijde 182 en maak de samenhang. 

Huiswerk controle


Slide 2 - Slide

2. Lesdoel
Aan het einde van de les:
- kun je de kenmerken van schimmels benoemen 
- kun je voorbeelden van gevaren en toepassingen van schimmels

Leergebied overstijgende doelen:
Reflecteren
- Kijk je eigen werk na en corrigeer waar mogelijk
- Beoordeel of je de juiste prioriteiten hebt gesteld en geef aan welke gevolgen dit heeft voor je planning. 

Slide 3 - Slide

3. Arrangementen + mini-check
 Verdiept arrangement (8 gemiddeld of hoger): niemand


Iedereen doet mee met de mini-check. 

Slide 4 - Slide

Welke kenmerk komt alleen voor bij schimmels en niet bij planten of dieren?
A
Ze bestaan uit schimmeldraden
B
Ze planten zich voort door sporen
C
Ze zijn opgebouwd uit cellen

Slide 5 - Quiz

Hoe plant een schimmel zich voort?
A
Met schimmeldraden
B
Met sporen

Slide 6 - Quiz

Wat is GEEN nut van schimmels voor de mens
A
Eetbare paddenstoelen
B
Maken van voedingsmiddelen
C
Opruimen van dode organismen
D
Maken van geneesmiddelen

Slide 7 - Quiz

Wie maakt wat
Had je alle vragen van de mini-check goed, dan maak je de opdrachten zelfstandig.
Opdracht 1 t/m 5 op blz 178 t/m 180

De rest doet mee met de instructie. 

Slide 8 - Slide

Schimmels
Wat zijn de kenmerken van de cellen van schimmels:
  • Celwand
  • Celkern
  • Geen bladgroenkorrels

Slide 9 - Slide

Nuttige eigenschappen
  • Ruimen dode organismen en resten op
  • bij productie geneesmiddelen gebruikt (bv. penicilline)
  • bij bereiding van voedingsmiddelen gebruikt (bv. gist)
  • als voedingsmiddel (bv. champignon)

Slide 10 - Slide

SCHIMMELS

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Voortplanting
Schimmels planten zich 
voort door middel van 
sporen.


Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Zwemmers eczeem 

Schimmels groeien op vochtige plekken

Slide 16 - Slide

Waarvoor gebruik je schimmels?
Broodschimmel
antibiotica

Slide 17 - Slide

5. Begeleid inoefenen
Had je geen of 1 vraag goed bij de mini-check --> 
Dan maken we samen opdracht 2.

Slide 18 - Slide

6. Zelfstandig werken
Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 5 op blz 178 t/m 180.



Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na.
Daarna maak je de inzichtsvragen op blz 181/182
timer
1:00

Slide 19 - Slide

1. Lesopening
LJ 2: Pak je boek van biologie en laat deze nog even dicht op tafel liggen. 



Huiswerk controle


Slide 20 - Slide

2. Lesdoel
Aan het einde van de les:
- kun je de delen van de nieren en urinewegen noemen met hun kenmerken en functies. 


Leergebied overstijgende doelen:
Reflecteren
- Kijk je eigen werk na en corrigeer waar mogelijk
- Beoordeel of je de juiste prioriteiten hebt gesteld en geef aan welke gevolgen dit heeft voor je planning. 

Slide 21 - Slide

3. Arrangementen + mini-check
 Verdiept arrangement (8 gemiddeld of hoger): Bregje
Je maakt opdracht 1 t/m 4 op blz 170 t/m 172

De rest doet mee met de mini-check. 

Slide 22 - Slide

Wat wordt er bedoeld met uitscheiden?
A
plassen en zweten
B
eten en drinken
C
lopen en rennen
D
slapen en gapen

Slide 23 - Quiz

Hoe krijgen de nieren
zuurstofrijk bloed?
A
Door de nierader
B
Door de poortader
C
Door de nierslagader
D
Door de nierhaarvaten

Slide 24 - Quiz

Wat is de functie van onderdeel 6?
A
Voert urine af naar de urineblaas
B
Urine wordt hier tijdelijk opgeslagen
C
Voert urine af uit het lichaam
D
Al het bovenstaande

Slide 25 - Quiz

Hoe heet de buitenste laag van de nier?
A
Niermerg
B
Nierschors
C
Nierbekken
D
Geen van allen

Slide 26 - Quiz

Wie maakt wat
Had je 3/4 vragen van de mini-check goed, dan maak je de opdrachten zelfstandig.
Opdracht 1 t/m 5 op blz 184 t/m 186

De rest doet mee met de instructie. 

Slide 27 - Slide

Nieren en urinewegen

Slide 28 - Slide

De onderdelen van je nieren en urinewegen
Een nier bestaat uit:
het nierschors, niermerg 
en de nierbekken.

Nierschors en niermerg verwijderen 
afvalstoffen uit het bloed. Ze verwijderen
ook overtollig water, zouten en andere
schadelijke stoffen = urine

In de nierbekken wordt de urine verzameld. Via de 
urineleider gaat de urine naar de urineblaas.

Slide 29 - Slide

De urineblaas - ligging
In de urineblaas kan de urine lange tijd worden opgeslagen, tot hij vol is 
(-> zou dit niet zijn, dan zou je voortdurend moeten plassen). 

De urine wordt afgevoerd naar buiten via de urinebuis

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Video

5. Begeleid inoefenen
Had je geen of 1 vraag goed bij de mini-check --> 
Dan maken we samen opdracht 2.

Slide 32 - Slide

6. Instructie
LJ 1 - Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 5 op blz 178 t/m 180.
LJ 2 - Je maakt zelfstandig opdracht 1 t/m 5 op blz 184 t/m 186.



Ben je klaar?
Dan kijk je de opdrachten na.
Daarna maak je de inzichtsvragen van paragraaf 3.4
timer
1:00

Slide 33 - Slide

7. Evaluatie LJ1
Hoe ging de les?
Zijn er nog onderdelen die je lastig vindt?


Lesdoel:
- kun je de kenmerken van schimmels benoemen?
- kun je voorbeelden van gevaren en toepassingen van schimmels?

Slide 34 - Slide

7. Evaluatie LJ2
Hoe ging de les?
Zijn er nog onderdelen die je lastig vindt?



Lesdoel:
- kun je de delen van de nieren en urinewegen noemen met hun kenmerken en functies?

Slide 35 - Slide

Huiswerk & Toetsen
Huiswerk LJ1: 
Donderdag 19 januari
3.4 opdracht 1 t/m 5


Huiswerk LJ2: 
Donderdag 19 januari 
3.4 opdracht 1 t/m 5
Toetsen LJ1: 




Toetsen LJ2: 

Slide 36 - Slide