BS 1 Genotype en Fenotype havo 2 in twee lessen




Welkom!
Pak je boeken  en ipad

Log alvast in. ( zie code LessonUp)
1 / 32
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson




Welkom!
Pak je boeken  en ipad

Log alvast in. ( zie code LessonUp)

Slide 1 - Slide

planning
-Leerdoelen
-Uitleg BA 1
-Check leerdoeken tussendoor
-zelfstandig werken
- Vooruitblik
- Afsluiten

Slide 2 - Slide

Lesdoelen
Je kunt benoemen dat alle cellen van je lichaam dezelfde erfelijke informatie bevatten

Je kunt het begrip feno - en genotype omschrijven.

Je kunt uitleggen dat cellen alleen de erfelijke informatie gebruiken die ze nodig hebben.

Slide 3 - Slide

Genotype en Fenotype

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

fenotype /genotype ?

Slide 6 - Mind map

Celkern

Slide 7 - Slide

Celkern
Regelt alle processen in de cel

Bevat erfelijke informatie voor al je eigenschappen (genotype)

Slide 8 - Slide

Hoeveel Chromosomen?
  • Mensen : 46 chromosomen.
  • Elke lichaamscel bevat 46 chromosomen
  • beencel, hersencel, maagcel, vingercel, etc.

Slide 9 - Slide

Bevruchting en celdeling

Slide 10 - Slide

Van klein naar groot:
A
DNA-Chromosomen-Celkern-Cel
B
Celkern-DNA-Chromosomen-Cel
C
Chromosomen-Celkern-Cel-DNA
D
Cel-Chromosomen-Celkern-DNA

Slide 11 - Quiz

Wanneer ontstaat het genotype?

Slide 12 - Open question

Genotype
De erfelijke informatie over bepaalde eigenschappen

< Het genotype van deze man is bijvoorbeeld bruine ogen


Slide 13 - Slide

Uiterlijk
Het genotype is niet altijd te zien in het uiterlijk

We noemen het uiterlijk van een organisme het fenotype

Slide 14 - Slide

Fenotype
Het uiterlijk van een organisme

Ontstaat door:
  • Het genotype
  • Invloeden uit het milieu

Slide 15 - Slide

Hebben alle spiercellen van een man hetzelfde genotype of hebben ze een ander genotype?
A
Hetzelfde genotype
B
Verschillende genotypen

Slide 16 - Quiz

Wat verandert er wel en wat niet?
A
wel: genotype niet: fenotype
B
wel: fenotype wel: genotype
C
wel: fenotype niet: genotype
D
niet: fenotype niet: genotype

Slide 17 - Quiz

aangeboren blindheid
A
genotype
B
fenotype

Slide 18 - Quiz

Hij heeft kort haar
A
genotype
B
fenotype

Slide 19 - Quiz




Welkom!
Pak je boeken  en ipad

Log alvast in. ( zie code LessonUp)

Slide 20 - Slide

planning
-Leerdoelen
-Uitleg BS 1 tweede gedeeltee
-Check leerdoeken tussendoor
-zelfstandig werken
- Vooruitblik
- Afsluiten

Slide 21 - Slide

Lesdoelen
Je kunt benoemen dat alle cellen van je lichaam dezelfde erfelijke informatie bevatten

Je kunt het begrip feno - en genotype omschrijven.

Je kunt uitleggen dat cellen alleen de erfelijke informatie gebruiken die ze nodig hebben.

Slide 22 - Slide

DNA

Slide 23 - Slide

Genotype en fenotype
Genotype

Fenotype


Gen

Genetisch

Slide 24 - Slide

Iemand gaat zijn haren verven. Verandert ze hierdoor haar genotype of fenotype
A
Fenotype
B
Genotype

Slide 25 - Quiz

Een albino organisme wordt bepaald door :
A
genotype
B
fenotype

Slide 26 - Quiz

Het genotype kun je aanpassen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 27 - Quiz

Wat wordt bepaald door genotype of fenotype? Sleep de eigenschappen A t/m H naar genotype of fenotype. 
Genotype
Fenotype
Een wipneus
Stijl haar vanaf de geboorte
Piercings 
Behaarde bladeren
Een litteken
Wibi kan goed piano spelen
Eelt op je handen door hard werken
Blauwe ogen

Slide 28 - Drag question

DNA AAN OF UIT ???

élke cel bevat álle informatie over je kenmerken


gen voor oogkleur staat ''aan'' in de ogen en ''uit'' in je huidcellen





Slide 29 - Slide

van gen, naar eiwit, naar fenotype

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

wat
Opdracht 1 t/m 8  vanaf blz 98
Hoe
lees de tekst van basisstof 1
Hulp
1) boek    2) medeleerling  3 ) docent
Tijd
 Eerst in stilte -> daarna rustig overleggen.
Klaar
Opdrachten af? Controleer of je de opdrachten juist gemaakt hebt! ( via som )

Ga aan de slag met flitskaarten en test jezelf online

Slide 32 - Slide