Les 4, herhaling en begin pv

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 1

Herhaling rvw, decor, signalement en

start pv

Welke formulering is correct in een pv?

De vrouw kijkt verrast naar de man die de kamer binnenloopt.

1. Een man kwam de kamer binnen en ik merkte dat de vrouw verrast naar de man keek en zei: "Hey, wat kom jij doen? Wat een leuke verrassing."
2. Ik kon zien dat de man de kamer binnenkwam, dat de vrouw verrast keek en ik hoorde dat ze zei: "Hey, wat kom jij doen? Wat een leuke verrassing."
3. Ik zag dat een man de kamer binnenkwam, dat de vrouw verrast keek en ik hoorde dat ze zei: "Hey, wat kom jij doen? Wat een leuke verrassing."
4. Ik zag dat een man de kamer binnenkwam, dat de vrouw haar wenkbrauwen omhoog trok en ik hoorde dat ze zei: "Hey, wat kom jij doen? Wat een leuke verrassing."

Welke formulering is correct in een pv?

Een man wil gaan tennissen.

1. Ik zag dat de man had willen tennissen.
2. Ik zag dat de man een tennisracket in zijn hand hield en dat hij de tennisbaan op liep.
3. Ik zag dat de man wilde tennissen.
4. Ik zag dat een man wilde gaan tennissen.

Welke formulering is correct in een pv?

De collega mag de auto doorzoeken.

1. Ik zag dat de auto werd doorzocht.
2. Ik zag dat mijn collega de auto doorzocht.
3. Ik zag dat mijn collega de auto zou doorzoeken.
4. Ik zag dat mijn collega de auto mocht doorzoeken.

Welke formulering is correct in een pv?

Twee mannen willen in een restaurant iets bestellen.

1. Ik zag dat twee mannen in een restaurant iets wilden bestellen.
2. Ik zag dat twee mannen in een restaurant iets wilden gaan bestellen.
3. Ik zag dat twee mannen in een restaurant iets hadden willen bestellen.
4. Ik zag dat twee mannen in een restaurant de menukaart pakten.

Decor

Herhaling

Waar gebruik je een vast/ kaal decor voor en in welke tijd schrijf je dit?

Voor onbeweegbare objecten, in de tegenwoordige tijd.

Waar gebruik je een variabel/ veranderlijk decor voor en in welke tijd schrijf je dit?

Voor beweegbare objecten en ovt (met redenen van wetenschap).

Goederen

• Van groot naar klein.
• In tegenwoordige tijd.

Schade

• Met r.v.w.
• In o.v.t.
• Van groot naar klein.

Letsel

• Met r.v.w.
• In o.v.t.
• Van globaal naar specifiek.

Signalement

• Ingeleverde signalementen bespreken.

Wat zijn vaste kenmerken van het signalement?

geslacht;

huidskleur;

haardracht;

postuur (lengte/ gewicht);

leeftijd;

overige bijzondere kenmerken (gebit).

Wat zijn veranderende kenmerken van het signalement?

Zoals:

kleding onder;

kleding boven;

schoeisel;

sieraden;

tatoeages, piercings.

Veranderende kenmerken (kleding) in hele zinnen (met redenen van wetenschap).

Voorbeeld

1. Ik kan de man als volgt omschrijven
2. Ik omschrijf de man als volgt:

• blanke huidskleur;
  
• blond haar tot op de schouders;
  
• slank postuur;
  
• ongeveer 30 jaar;
  
• litteken op zijn rechterwang.

Vervolg

• Ik zag dat de man een rode broek aanhad met daaronder opvallend witte gympen.

• Droeg/ aanhad niet combineren.
• Aanhad heeft de voorkeur.

Welke soort pv's zijn er?

pv bevindingen

camerabeelden

aangifte

verhoor

relaas

getuigeverklaring

Pv aangifte

• Bekijk het pv van aangifte.
• Vul de juiste werkwoordstijden in.

Pv aangifte

• Casus

Pv bevindingen

• Lees Geef mij de feiten tot en met bladzijde 47.
• Wat staat er over filmisch schrijven?
• Zijn er zaken die je opvallen?
• Maak korte aantekeningen.
• Heb je vragen?
• Noteer die dan.

Wat heb je gelezen over filmisch schrijven?

Zijn er vragen over filmisch schrijven?

Eerste opbouw pv bevindingen