2.4 - De Celkern (KGT)

leerdoel

Ik weet dat de celkern informatie bevat voor je erfelijke eigenschappen.

Cellen van planten en dieren hebben een kern. In die celkern is informatie opgeslagen. Deze informatie is erfelijk.

De celkern

Alle cellen van planten en dieren hebben een celkern. De celkern regelt wat in de cel gebeurt. In de celkern liggen chromosomen. Dit zijn lange, dunne draden. In afbeelding 1 zie je chromosomen door de microscoop en in een tekening.

Wat zijn chromosomen?

lange dunne draden in de celkern

DNA

Chromosomen bestaan voor een groot deel uit de stof DNA. In DNA is heel veel informatie opgeslagen. Bijvoorbeeld informatie over de kleur van je ogen of over de vorm van je neus.

In de krant lees je vaak over DNA (zie afbeelding 2).

Verschillend DNA

De informatie in het DNA is bij ieder mens verschillend. Daardoor zijn alle mensen verschillend. Niemand heeft precies hetzelfde DNA als jij. Maar het DNA van je familie lijkt wel veel op jouw DNA. Daardoor kunnen onderzoekers aan het DNA zien of mensen familie van elkaar zijn.

Alleen eeneiige tweelingen hebben precies hetzelfde DNA. Daardoor zien ze er hetzelfde uit.

Wat is DNA?

stof waar chromosomen uit bestaan en waar veel informatie is opgeslagen

Erfelijke eigenschappen

De informatie in je DNA gaat over allerlei eigenschappen. Bijvoorbeeld:

• de kleur van je ogen

• de vorm van je neus

• een kuiltje in je kin

• of je rechtshandig of linkshandig bent

Deze eigenschappen erf je van je ouders. Daarom zijn het erfelijke eigenschappen. De helft komt van je vader en de helft van je moeder. De informatie over je erfelijke eigenschappen is opgeslagen in je DNA. Elke cel van jouw lichaam heeft hetzelfde DNA. De informatie voor je oogkleur zit dus niet alleen in de cellen van je ogen, maar ook in de cellen van je voet.

Wat zijn erfelijke eigenschappen?

eigenschappen die je erft van je ouders