zinnen met twee werkwoorden TC A1 lesidee 8.4a

• NT2
• MBO
• Studiejaar 1

Zinnen maken

sleep de woorden naar de goede plaats in de zin

eten

morgen bij ons

Kees

blijft

op vakantie veel

Ik

wandelen

ga

Maya

spreken

kan

goed Nederlands

bij hun oma

slapen

willen

de kinderen

moet

veel nieuwe woorden

Jareq

leren

rijden

hier 50 km per uur

mag

Je

mag

u

meenemen

gratis een boekje

bloemen voor Marja

wil

kopen

hij

niet naar de les

komen

wij

kunnen

Kees blijft morgen bij ons eten.
'blijft' is ...

1. wie / wat
2. eerste werkwoord
3. rest
4. tweede werkwoord

Ik ga op vakantie veel wandelen.
'Ik' is ...

1. wie / wat
2. eerste werkwoord
3. rest
4. tweede werkwoord

Moya kan goed Nederlands spreken.
'goed Nederlands' is ...

1. wie / wat
2. eerste werkwoord
3. rest
4. tweede werkwoord

De kinderen willen bij hun oma slapen.
'bij hun oma' is ...

1. wie / wat
2. eerste werkwoord
3. rest
4. tweede werkwoord

Vond je het leuk?

😒🙁😐🙂😃