Lezen paragraaf 6 BK2

Lezen paragraaf 6
feiten, meningen, argumenten
1 / 20
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Lezen paragraaf 6
feiten, meningen, argumenten

Slide 1 - Slide

Hoe zie je dat er een nieuwe alinea begint?

Slide 2 - Open question

Wat is een tussenkopje?

Slide 3 - Open question

De signaalwoorden 'eerst, daarna, vervolgens' geven een ... aan.
A
opsommig
B
tegenstelling
C
conclusie
D
oorzaak - gevolg

Slide 4 - Quiz

De signaalwoorden 'maar, toch, daarentegen' geven een ... aan.
A
volgorde van tijd
B
opsomming
C
tegenstelling
D
reden

Slide 5 - Quiz

De bron van een tekst vind je meestal ...
A
bovenaan de tekst
B
onderaan de tekst
C
midden in de tekst
D
een goede tekst heeft geen bron

Slide 6 - Quiz

Een voorbeeld van een tekst bij het tekstdoel 'amuseren' is ...
A
een strip
B
een krant
C
een recensie
D
een voetbalverslag

Slide 7 - Quiz

Een voorbeeld van een tekst bij het tekstdoel 'uitleg geven' is ...
A
een krant
B
een recept
C
een recensie
D
een strip

Slide 8 - Quiz

Lezen H4
Feiten:                      dingen die je kunt controleren
Meningen:              iets wat iemand vindt
Argumenten:         als je uitlegt waarom je iets vindt

Slide 9 - Slide

Lezen H4
Dit museum is gebouwd tussen 2013 en 2016 = feit

 Ik vind het een mooi gebouw = mening want je kunt op veel plekken de open lucht zien = argument

Slide 10 - Slide

Ik vind lasagne het lekkerste eten.
A
feit
B
mening
C
argument

Slide 11 - Quiz

Je moet elke dag naar school.
A
feit
B
mening
C
argument

Slide 12 - Quiz

Ik moet elke avond mijn telefoon opladen.
A
feit
B
mening
C
argument

Slide 13 - Quiz

omdat ik roze geen mooie kleur vind.
A
feit
B
mening
C
argument

Slide 14 - Quiz

Het is een mooie zonsondergang.
A
feit
B
mening
C
argument

Slide 15 - Quiz

Maak de zin af met een argument:
Dit is een makkelijke vraag, ...

Slide 16 - Open question

Maak de zin af
Ik vind ...

Slide 17 - Open question

Wat heb je bij de vorige vraag gedaan?
A
Een argument gegeven
B
Een feit verteld
C
Je mening gegeven
D
Geen idee...

Slide 18 - Quiz

feiten
meningen
argumenten
kun je controleren
ik vind ...
, omdat ...
kun je het mee eens of oneens zijn

Slide 19 - Drag question

Lezen paragraaf 6
Maak van cursus 1, paragraaf 6 

Slide 20 - Slide