4.5 Verbrandingswarmte

4.5 Verbrandingswarmte
Startopdracht
Leerdoelen
Zelfstandig werken
Evaluatie en vooruitblik
1 / 10
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

4.5 Verbrandingswarmte
Startopdracht
Leerdoelen
Zelfstandig werken
Evaluatie en vooruitblik

Slide 1 - Slide

Startopdracht
  1. Geef bij ondestaande grootheid de eenheden die hierbij kunnen horen: Verbrandingswarmte
  2. Voor het getal bij de verbrandingswarmte van bijvoorbeeld benzine staat een "-" teken. Waar staat die - voor? En gaat het dan om een endotherme of een exotherme reactie.
  3. Geef van onderstaande formule de grootheden voluit geschreven en de bijbehorende eenheden: Q = c x m x    T

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
  • Ik kan de volgende begrippen uitleggen en deze toepassen in opdrachten: verbrandingswarmte en soortelijke warmte 
  • Ik ken de formule van warmte en kan deze toepassen in opdrachten 

Slide 3 - Slide

Zelfstandig werken
lz. 4.5 Verbrandingswarmte
m. opdr. 50 t/m 56
Opdr. 51: let eens op het verschil tussen antwoord a en b (milieu)
Opdr. 52: vanuit deze opdracht kun je eenheid van soortelijke warmte verklaren

Slide 4 - Slide

Evaluatie + vooruitblik
Evaluatie via lessonup (rekenmachine nodig)
Vooruitblik
  • Het huiswerk afmaken 
  •  lrn. 4.4 + 4.5 
  •  noteren van vragen die je hierbij hebt

Slide 5 - Slide

De verbranding van magnesiumlint is een _________ (exotherm/endotherm) proces waarbij warmte____________(vrijkomt/nodig is).

A
exotherm, vrijkomt
B
exotherm, nodig is
C
endotherm, vrijkomt
D
endotherm, nodig is

Slide 6 - Quiz

4. Welk getal moet er op de ... en de ... staan?
... N2+... O2... N2O5
A
1 - 1 - 1
B
1 - 5 - 2
C
2 - 5 - 1
D
2 - 5 - 2

Slide 7 - Quiz

Wat is de kloppende reactievergelijking?
A
Fe2O3(s) + C(s) --> Fe(l) + CO2(g)
B
Fe2O3(s) + 2 C(s) --> 2 Fe(l) + 2 CO2(g)
C
2 Fe2O3(s) + 3 C(s) --> 4 Fe(l) + 3 CO2(g)
D
3 Fe2O3(s) + 4 C(s) --> 6 Fe(l) + 4 CO2(g)

Slide 8 - Quiz

Om de soortelijke warmte te berekenen van een stof heb je de volgende gegevens nodig
A
de massa van de te verwarmen stof
B
de hoeveelheid energie die je erin stopt
C
het temperatuursverschil
D
alle drie

Slide 9 - Quiz

3. Hoeveel energie(J) kost het om 2,0 kg water te verwarmen van 4 graden Celsius naar 60 graden
Celsius? (Soortelijke warmte water=4,18 J/g.°C)
Q=mcΔT
A
543 J
B
0,468 J
C
468 J
D
0,543 J

Slide 10 - Quiz