2022_week 48_2ha_les 2_Starke Verben und hören

1 / 18
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 55 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Du hast 3 min für:


Je hebt 3 min om: 

  • Jacke aus

  • Handy in die Tasche ohne tohn
  • Laptop geschlossen auf dem Tisch
  • Buch/ Heft/ Stift auf dem Tisch
timer
3:00
  • Als de timer is gestopt zie ik je bezig met de opdracht die je zo op het bord ziet.

Slide 2 - Slide

timer
2:00
  1. Hoe herken je een zwak werkwoord?
  2. Hoe herken je een sterk werkwoord?
  3. Bij welke persoonlijke voornaamwoorden treed er een klinkerverandering op in de tegenwoordige tijd?
  4. In welke klinker veranderen de klinkers a en e?

Slide 3 - Slide

Besprechen
timer
2:00
  1. Een zwak werkwoord is regelmatig en te zwak om te veranderen. De klinker verandert niet in de verschillende tijden.
  2. Een sterk werkwoord is onregelmatig. Er treed een klinkerverandering op in de verleden tijd. Is het werkwoord in het Nederlands sterk dan is dat in het Duits vaak ook zo.
  3. Bij du, er, sie en es treed er bij sterke werkwoorden een klinkerverandering op in de tegenwoordige tijd.
  4. Bij sterke werkwoorden met een -a in de stam verandert die -a in een -ä. Bij veel sterke werkwoorden met een -e in de stam verandert die -e in een -i of -ie.

Slide 4 - Slide

Was machen wir heute?
  • Check-in
  • Schema Starke Verben ergänzen
  • süße Test
  • An die Arbeit und besprechen
  • Höraufgabe
  • Hausaufgaben
  • deutsches Lied

Slide 5 - Slide

Am Ende der Stunde........
kan je van tenminste 1 sterk werkwoord het rijtje benoemen

Slide 6 - Slide

Neem het schema over en vul de ontbrekende vormen in m.b.v. blz. 35
timer
10:00

Slide 7 - Slide

Süße Test
kan je van tenminste 1 sterk werkwoord het rijtje benoemen

Slide 8 - Slide

An die Arbeit
  • Machen im Buch: 
Aufgabe 1 + 2 auf Seite 38


  • De eerste 5 minuten in stilte

  • Klaar: Aufgabe 3, Seite 39
timer
10:00

Slide 9 - Slide

  • liest
  • Fährst
  •  Trägt
  • siehst
  • geht
  • gibst
  • wäscht

Slide 10 - Slide

  • hat
  • gelesen
  • Bist
  • gefahren
  • hat
  • getragen
  • hast
  • gesehen
  • gehabt
  • ist
  • gegangen
  • hast
  • gegeben
  • hat
  • gewaschen

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Höraufgabe 4, 5, 6 Seite 39

Slide 13 - Slide

Hausaufgaben
Lernen: 
Schrijf alle rijtjes van Grammatik D op blz. 35 een aantal keren op en probeer je uit je hoofd op te noemen.

Slide 14 - Slide

Abschluss
Niet inpakken - luisteren - ik sluit de les af
  • na mijn startsignaal: inpakken
  • zitten blijven tot de bel gaat- stil

  • dan: klaar :)

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Video

Tschüss!

Slide 17 - Slide

Termine 2ha2
1.  We luisteren naar elkaar en zijn stil als een ander aan het woord is.
2. Hand opsteken en opschrijven als je een vraag niet wilt vergeten.
3. Zoveel mogelijk opdrachten tijdens de les maken.
4. Ook samenwerkingsopdrachten.
5. Goede voorbereiding op de toetsen.
6. Pas inpakken als de docent dat aangeeft.
7. Blijf zitten totdat de bel gaat.

Slide 18 - Slide