This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Nederlands
Slide 1 - Slide
Start les
Zit je op je eigen plek?
Is je mobiel uit het zicht?
Zijn je oortjes uit?
Hangt je jas aan de kapstok?
Zijn je pet en capuchon af?
Je bent stil bij start les.
timer
1:30
Slide 2 - Slide
Planning
Lezen
Uitleg hoofdletters
228
Maken opdracht 1, 2, 3, 4 en 5
Doel
Je weet wanneer je hoofdletters gebruikt 1c/1a
Je leert punten, uitroeptekens en vraagtekens op de juiste manier gebruiken. 1a
Slide 3 - Slide
Pak je leesboek erbij!
Je gaat 10 minuten lezen.
timer
10:00
Slide 4 - Slide
Hoofdletters en leestekens
Maken een tekst duidelijker en beter te lezen.
De lezer kan de tekst zo ook veel beter begrijpen.
Slide 5 - Slide
HOOFDLETTERS
Je begint iedere zin met een hoofdletter.
Namen (ook merknamen) schrijf je ook met een hoofdletter.
Feestdagen schrijf je met een hoofdletter.
Een aardrijkskundige naam schrijven we met een hoofdletter, dit geldt voor steden, landen, streken, talen/dialecten, continenten, maar ook bergen, rivieren, woestijnen en hemellichamen