11.3 Titraties deel 2 met glaswerk

11.3 & 11.4 titraties
1 / 20
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

11.3 & 11.4 titraties

Slide 1 - Slide

Wat is titratie?

Berekeningen aan een titratie

Slide 2 - Slide

Met titratie 
kun je de 
onbekende molariteit 
van een 
oplossing bepalen

Slide 3 - Slide

Titratie
Titratie curve 
en
het omslag traject

Slide 4 - Slide

De keuze voor je indicator.
  

Bij een goede indicator maakt het niet uit dat er een omslagtraject is (een verticaal deel is zelfs handig).


Dus in dit geval:

  • Dimethylgeel
  • Broomthymolblauw
Titratie curve & indicator
volume

Slide 5 - Slide

  1. Geef de reactievergelijking.  
  2. Geef de verhouding in mol.  
  3. Ga na welke stof gegeven en welke gevraagd is.  
  4. Bereken het aantal mol van de gegeven stof (mol toegevoegde stof(buret) =  liter * ... M).  
  5. Bereken het aantal mol gevraagde stof (met de molverhouding)
  6. Reken om naar de gevraagde eenheid (molariteit: mol gereageerde stof / volume pipet (omgerekend naar L).
  7. Controleer; ALLES! 

Titratie: Het algemene stappenplan

Slide 6 - Slide

Bereken de molariteit van het zoutzuur na titratie met natronloog.
Gegevens:

- 25,00 ml zoutzuur
- 20,35 ml natronloog (0,10M)

Let give this a try!

Slide 7 - Slide

  • Deze is vaak gegeven of kun je afleiden uit de tekst.

  • Zoutzuur is een sterk zuur en splitst in H+ en Cl

  • Natronloog is een oplossing van natriumhydroxide: Na+ en OH

  • Het zuur en de base reageren met elkaar H+ (aq) + OH- (aq) → H2O
 (de andere ionen zijn tribune-ionen)
stap 1 reactievergelijking

Slide 8 - Slide

stap 2 molverhouding
H+ (aq)
+
OH- (aq)
H2O (l)
1 mol
:
1 mol

Slide 9 - Slide

stap 3 gegeven en gevraagd (voor)
H+(aq)
+
OH- (aq)
H2O (l)
1 mol
:
1 mol
gegeven:
volume: 25 ml
molariteit: ?
gegeven:
volume: 
molariteit: 0,1 M (0,1 mol/L)

Slide 10 - Slide

stap 3 gegeven en gevraagd
H+ (aq)
+
OH- (aq) 
H2O (l)
1 mol
:
1 mol
gegeven:
volume: 25 ml
molariteit: ?
gegeven:
volume: 
molariteit: 0,1 M (0,1 mol/L)
Afgelezen 
volume: 20,35 ml

Slide 11 - Slide

stap 4 mol gegeven stof
H+ (aq)
+
OH- (aq)
H2O (l)
1 mol
:
1 mol
gegeven:
volume: 25 ml
molariteit: ?
gegeven:
volume: 
molariteit: 0,1 M (0,1 mol/L)
Afgelezen 
volume: 20,35 ml
mol OH- toegevoegd:
20,35 ml x 0,1 M 
= 2,035 mmol

Slide 12 - Slide

stap 5 mol gevraagde stof
H+ (aq)
+
OH- (aq)
H2O (l)
1 mol
:
1 mol
gegeven:
volume: 25 ml
molariteit: ?
gegeven:
volume: 
molariteit: 0,1 M (0,1 mol/L)
Afgelezen 
volume: 20,35 ml
aantal mol H+ (1:1) =
2,035 mmol
mol OH- toegevoegd:
20,35 ml x 0,1 M 
= 2,035 mmol

Slide 13 - Slide

stap 6 gevraagde eenheid 
H+ (aq)
+
OH- (aq)
H2O (l)
1 mol
:
1 mol
gegeven:
volume: 25 ml
molariteit: ?
gegeven:
volume: 
molariteit: 0,1 M (0,1 mol/L)
Afgelezen 
volume: 20,35 ml
aantal mol H+ (1:1) =
2,035 mmol
mol OH- toegevoegd:
20,35 ml x 0,1 M 
= 2,035 mmol
Molariteit: 
2,035 mmol/25ml = 0,08M

Slide 14 - Slide

A ntwoord gegeven op de vraag?

L ogisch? (kan het kloppen)

L eesbaar?

E enheid?

S ignificantie?
stap 7 Controleer

Slide 15 - Slide

  • Met een titratie kun je de molariteit van een oplossing vaststellen. 

  • Een titratiecurve geeft het verloop van de pH tijdens een zuur - base titratie weer .

  • Het eindpunt of equivalentiepunt is het punt bij een titratie waarbij de reagerende stoffen in gelijke verhouding in mol ( volgens de reactievergelijking ) bij elkaar zijn gebracht 

  • Met een juiste indicator kun je het eindpunt van een titratie visueel bepalen.




Belangrijke woorden

Slide 16 - Slide

Hoe goed begrijp jij nu titratie?
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Poll

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 18 - Open question

Over welke 2 onderwerpen wil je graag nog meer weten?

Slide 19 - Open question

Zelfstandig aan het werk:

§ 11.3: 21, 22, 23, 24
§ 11.4: 28, 29, 30

Extra uitdaging:
opgave 33, 40

Wat gaan we verder doen vandaag?

Slide 20 - Slide