Tut 18-07-2022

Tutorium Niederländisch
18-07-202
Afsluiting/ Voorbereiding toets


1 / 23
next
Slide 1: Slide
NT2WOStudiejaar 1

This lesson contains 23 slides, with text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Tutorium Niederländisch
18-07-202
Afsluiting/ Voorbereiding toets


Slide 1 - Slide

Vandaag
  1.  Introductie: Stikstofcrisis Kijken & Luisteren

  2. er (alle functies van er) Grammatica
  3. Zeitformen (unregelmäßige Verben) Grammatica

  4. „Aan het doen“ Grammatica

  5. Spreken over 'Als twee druppels water' Spreken


  6. Aanvullen samenvattingen


Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

er (alle functies van er)
S. 181

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Oefening met er/daar 
AB

Slide 7 - Slide

Onregelmatige werkwoorden

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Link

Oefening verleden tijd
AB

Slide 10 - Slide

"Aan het doen"
zijn + aan het + infinitief
S. 182

Schrijf op wat je aan het doen bent. Schrijf 3 zinnen.

Slide 11 - Slide

Als twee druppels water 
Kees Opmeer

Slide 12 - Slide

Over het onderwerp
1. Vind je het onderwerp interessant, spreekt het je aan? Ben je dit boek gaan lezen omdat het onderwerp je vooraf aansprak? Zijn je verwachtingen uitgekomen? In welk opzicht (niet)?

2. Is het een onderwerp waar je zelf al eens over nagedacht hebt of ligt het helemaal buiten jouw leefwereld? Heeft het boek je nieuwe kanten van het onderwerp laten zien?

3. Heb je wel eens een boek gelezen of een film gezien overhetzelfde onderwerp? Wat vind je beter: dit boek of het andere boek of die film? Licht toe.

Slide 13 - Slide

Over de personages

1. Kun je je goed verplaatsen in de personages, in hun problemen, gedachtenen gevoelens? Waarom (niet)?

2. Zijn de personages zo beschreven dat ze voor je gingen leven? Welke wel en welke niet? Welke personages lijken op echte mensen en welke meer op typetjes?

3. Hebben de personages eigenschappen die je bewondert, gewoon vindt of verafschuwt? Leg uit.


Slide 14 - Slide

Over de gebeurtenissen
1. Kies uit. Vind je de gebeurtenissen:
spannend - boeiend - herkenbaar - dramatisch - humoristisch - zwaarwichtig - geloofwaardig - verrassend - onaanvaardbaar - waarschijnlijk - schokkend?
Leg je keuze duidelijk uit met voorbeelden!

3. Maken de gebeurtenissen een echte, realistische indruk op jou? Zag je ze voor je?

4. Heb je zelf wel eens een gebeurtenis meegemaakt die lijkt op wat er in de tekst staat? Begrijp je die gebeurtenis dan beter of juist niet?

Slide 15 - Slide

Over de opbouw van het verhaal 

1. Vind je de opbouw van het verhaal ingewikkeld? Wat vind je lastige stukken?

2. Komt het verhaal langzaam op vaart of zit er meteen vaart in?

3. Hangt alles goed samen of vind je dat juist niet? Leg uit.

4. Is het verhaal spannend? Hoe komt dat? Geef enkele spanningselementen.

Slide 16 - Slide

Over de opbouw van het verhaal 
5. Is er één verhaallijn of zijn er meer verhaallijnen die door elkaar lopen? Wat vindje daarvan?

6. Vind je dat de opbouw van het verhaal goed past bij het onderwerp?

7. Wordt er met tijd ‘gespeeld’ (flashback, flash forward, versnellingen, vertragingen...)? Wat vind je van dat spel? Kon je het goed begrijpen of werd het verhaal er (onnodig) ingewikkeld door of juist extra interessant?

8. Wat vind je van het einde? Blijft er nog iets onduidelijk?
 

Slide 17 - Slide

Bedenk nu zelf 2 vragen die je over het boek kunt stellen...

Slide 18 - Slide

Aanvullen van de samenvatting in Stud.IP

Slide 19 - Slide

Deze week:
  • Schrijfopdrachten terug met correctief feedback 
  • Document met de samenvatting van het boek 

Slide 20 - Slide

Tot de volgende keer!!! 😊

Slide 21 - Slide

Mensen met koffers
Sjoerd Kuyper

Slide 22 - Slide

Mensen met koffers
Sjoerd Kuyper
Vertaling naar het Duits

Slide 23 - Slide