Keuzedeel pabo WO- Les 10 (AK-H8) woe 18 nov

• Onderwijsassistenten
• MBO
• Studiejaar 3

Keuzedeel pabo - les 10 (2)

Vandaag: AK - H9 Topografie!

Leg vast een potlood (of stift/pen) en wit papier klaar!

9	10	11	12	13	14	15	16
AK - H8	AK - H9	Ges - H9	GS - H10	N&T -	N&T -	N&T -	Open

Opdracht 1. Leg pen (of potlood) en papier klaar

Teken in 2 min NL (met provincies en hoofdsteden)
+ upload als foto

Bonuspunt: benoem de belangrijkste wateren (zeeën, kanalen, rivieren).

Programma les 10

13.00 - 15.30

• Startopdracht (1)
  
• Terugblik H8
• Theorie
• Opdracht 2. in groepjes (15 min)  (13:30) + 5 min pauze
• Voorbeeldvragen 
• Opdracht 3: 30 seconds in groepjes (14:00)
  
• Zelfstandig werken - vragen H9 (14:15 - 15)
• 15.00: Afronding (toetsvragen) + herhalingsboekje

13.00: opdracht NL

13.05: terugblik H8

13.10: theorie

13.30: opdracht 2 (topoquiz) + 5 min pauze

13.50: theorie - voorbeeldvragen

14.00: opdracht 3 (30 seconds - werkblad of zelf 3 begrippen kiezen uit het gele boekje).

14.15: 

1. Welke indicator laat het best zien hoe geglobaliseerd een land is?

1. Hoeveelheid handel en met wie?
2. Toegang tot communicatie: Aantal computers
3. Contacten met andere landen (toerisme, migranten en internationale telefoongesprekken)
4. Verbondenheid op politiek vlak: lidmaatschap van organisaties zoals de Europese Unie.

2. Wat voor model zie je terug op het plaatje?

1. Concentrisch model
2. Sector stadsmodel

3. Juist of onjuist?

Egypte is een land dat behoort tot de 'semiperiferie'

1. juist
2. onjuist

Doelen H9 (topografie en kaartvaardigheid)

• kaarten kunnen analyseren en interpreteren 
• oefenen met kaartvaardigheden
• topografische kennis ophalen

Waarom?

• De locatie is van belang om aardrijkskunde te verklaren
• Je gebruikt topografie om informatie te koppelen
• Niet exact alles aan kunnen wijzen maar wel een mentaal beeld

Belang van Kaarten

Aardrijkskunde = verschijnselen en 

processen die zich afspelen op aarde

Kaart geeft informatie over :

•        ruimtelijke verschijnselen
  
•        patronen
  
•        processen
  

Bron: handreiking toets ak

Tip: kaarten in de handreiking --> wat valt je op?

Belang van Kaarten

• Hoe zijn verschijnselen gespreid? 
• Vertonen ze een patroon?

 

Waar denk je dat deze kaart over gaat?

Valt dit patroon samen met een ander patroon?

Kaartlezen

• Lokaliseren: waar ligt dit gebied?

• Oriënteren: wat is de schaal van de kaart? Wat is het onderwerp van de kaart? De titel lezen van een kaart is dus van belang.

• Karakteriseren: wat zijn de kenmerken van het gebied? Waarvan is er veel en waarvan is er weinig? Het gebruik van de legenda is hier essentieel.

Tips

• bekijk wat je opvalt
  
• leg verbanden
  
• verklaar
  
• lees de legenda goed

Hoe komt topografie en kaartlezen terug in de toelatingstoets?

Voorbeeldvraag toets ak 1.

Landbouw in de woestijn van Arizona (VS)

Waar in Arizona is deze foto genomen?

1. aan de kust waar een vochtige zeewind waait
2. aan de voet van de bergen waar in de zomer de sneeuw smelt
3. in het gedeelte van de woestijn waar een aquifer is

Uitleg aquifer & irrigatie

Aquifer: een natuurlijke waterlaag in de ondergrond die tegengehouden wordt door een ondoorlatende laag. 

 In droge gebieden worden aquifers vaak gebruikt om irrigatiewater uit te halen. 

Irrigatie: het op een kunstmatige manier opbrengen van water op het land. 

Soorten kaarten - 

topografische kaart

Hierop vind je de belangrijkste landschappelijke elementen, zoals, wegen, dorpen, beken, bossen, akkers, weilanden.

Soorten kaarten - 

de natuurkundige kaart

Hierop staan de belangrijkste natuurlijke elementen in een gebied, zoals rivieren, gebergtes, vlaktes. Voor de oriëntatie staan er ook de landsgrenzen op.

Bron: handreiking toets ak

Soorten kaarten - 

de staatkundige kaart

Hierop staan de staten/landen afgebeeld.

Vaak vind je er ook nog de belangrijkste plaatsen en verbindingswegen. 

Als het voor Nederland alleen is dan worden de provincies afgebeeld.

Bron: handreiking toets ak

Soorten kaarten - 

de thematische kaart

Op een thematische kaart worden bepaalde onderwerpen in kaart gebracht. In het geval hiernaast het aantal mensen dat in de verschillende EU-lidstaten met computers werkt (verouderde kaart).

Bron: handreiking toets ak

Soorten kaarten - 

de overzichtskaart

Op een overzichtskaart wordt aangeduid waar zich detailkaarten bevinden.

Soorten kaarten - 

de wegenkaart

Op een overzichtskaart wordt aangeduid waar zich detailkaarten bevinden.

Aanduidingen op de kaart

Lijn- en breukschaal

Legenda's

Op een overzichtskaart wordt 

aangeduid waar zich detailkaarten bevinden

Opdracht 2.

Hoe ga je te werk?

• Neem deel in jouw groep in Teams. 
• Benoem een groepsleider: hij/zij coördineert en houdt de tijd bij (10 min)
• Iedereen neemt 3 minuten de tijd om 4 'lastige' landen/gebieden te noteren a.d.h.v. de lijsten.
• Om de beurt noemt iemand een land. 
• De rest wijst het land z.s.m. aan op de kaart (boek of wb). 
• Wie het snelst is, verdient een punt - onthoud deze punten. 
• Na 10 minuten is er een winnaar..... wie o wie?

Terugkomst: 13.50 uur

Vraag 2

De grens tussen gematigde gebieden en tropen ligt in het westen van zuidelijk Afrika hoger dan in het oosten.

Wat is hier de oorzaak van?

A. door de koudere zeestroom in het westen
B. door het droge klimaat in het westen
C. door het hooggebergte in het westen
D. door de warmere zeestroom in het westen

De grens tussen gematigde gebieden en tropen ligt in het westen van zuidelijk Afrika hoger dan in het oosten.

1. door de koudere zeestroom in het westen
2. door het droge klimaat in het westen.
3. door het hooggebergte in het westen
4. door de warmere zeestroom in het westen.

Vraag 3

Op de kaart zie je de bevolkingsdichtheid van de wereld met steden omcirkeld.

welke steden zijn op de kaart

weergeven?

Alle steden met .... inwoners

A. 50-100  miljoen

B. 10-50 miljoen

C.  100 of meer miljoen
D.  1-10 miljoen

Welke steden zie je op de kaart?

Alle steden met ...... inwoners

1. 50-100 miljoen
2. 10-50 miljoen
3. 100 of meer miljoen
4. 1-10 miljoen

Opdracht 3

• Ga in je groepjes aan de slag met de aardrijkskundige begrippen. 
• Pak de 30 seconds kaartjes erbij.
• Heb je dit kopietje niet? 
• Noteer 3 begrippen uit het gele (begrippen)boekje.
• Tel de punten van de woorden die je raadt.

14.15 weer terugkomen

Zelfstandig werken

14.15 - 15.15 uur

Wat ga je doen?

• Vragen maken boekje wereld
• A3: zet de nummers op de kaart en controleer dit
• Oefenen op: https://topografieindeklas.nl/topotrainer/ of www.topomania.net

15.15: weer terugkomen - 

Behoefte aan overleg of heb je een vraag?  Stuur me een chat dan bel ik je even.

Wat heb je de afgelopen 45 min gedaan?

Welke begrippen heb je opgehaald?

Welk land/gebied/stad kun je nu goed lokaliseren?

Teams

• GS - Powerpoint extra workshops + schema (Joes)
• Kan iemand zijn/haar aantekeningen delen? Dank!
• Oefentoetsen
• Handreiking + begrippen
• Willen jullie de bestanden van vorig jaar nog in Teams zetten? Natuur/techniek?

Vragen & toetsafname

Afronding

Volgende week - Les 11: geschiedenis tijdvak 9

• GS - lezen H9
• Oefenen met topografie