This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Hoofdstuk 21, 22, 24 en 28
Marketing Kernstof
Week 6 periode 1 AC1A
Slide 1 - Slide
Bij ...... verkrijgt een distrubitant het alleen verkooprecht voor een bepaald geografisch gebied.
A
Exclusieve distributie
B
Intensieve distributie
C
Selectieve distributie
D
Geen van alle mogelijkheden
Slide 2 - Quiz
Bij welk van de distributiekanalen moeten de consumenten tot enige koopinspanning bereid zijn?
A
Selectieve distributie
B
Exclusieve distributie
C
Intensieve distributie
D
Geen van de mogelijkheden
Slide 3 - Quiz
1.Bij intensieve distributie streeft de fabrikant naar een zo groot mogelijke verkrijgbaarheid. 2.Consumenten zijn daarbij slechts bereid tot een geringe koopinspanning.
A
1 en 2 zijn juist
B
1 en 2 zijn onjuist
C
1 is juist en 2 onjuist
D
1 is onjuist en 2 juist
Slide 4 - Quiz
Bij welke strategie communcieert de producent rechtstreeks met de consumenten en bouwt daarmee een voorkeur voor het merk op.
A
Pullstrategie
B
Pushstrategie
C
Tweedoelengroepenbenadering
D
Geen van de mogelijkheden
Slide 5 - Quiz
In de film Skyfall drinkt James Bond een Heineken biertje, hoe wordt deze vorm van reclame genoemd?
A
Point-of-purchase reclame
B
Online reclame
C
Sluikreclame
D
Vergelijkende reclame
Slide 6 - Quiz
Stel, er zijn 10 distributanten met bier in hun assortiment. Van deze distrubitanten voeren er 7 het merk Heineken. Wat bedraagt de numerieke distributie:
A
DS=7/10*100%=70%
B
DS=7/10=0,70
C
10
D
7
Slide 7 - Quiz
Distributiespreiding (DS) =
Aantal distrubitanten van merkartikel M / Aantal distrubitanten van productieklasse P *100%
Slide 8 - Slide
Narrowcasting Wanneer je media inzet op een manier dat je heel specifieke doelgroepen benadert
A
Waar
B
Onwaar
Slide 9 - Quiz
Wat zie je hier?
Lege vliegtuigstoelen
Dit levert niets op
Deze kun je niet op voorraad zetten
Oftewel deze zijn vergankelijk
Ander voorbeeld een accountant die een paar uur niets te doen heeft