Om de boel overzichtelijk te houden, geven we de allelen een letter (dan hoeven we ze niet telkens voluit te schrijven!)
Dominant: HOOFDLETTER (bijvoorbeeld B)
Recessief: kleine letter (bijvoorbeeld b)
Het allel voor bruine ogen heet dan B, het allel voor blauwe ogen noemen we b.
Je hebt twéé allelen voor deze eigenschap (op ieder chromosoom van het chromosomenpaar één), dus je genotype voor deze eigenschap is BB, Bb of bb.