Th3, B1: Verbranding en energie

B1: Verbranding en energie
Th2: Verbranding en ademhaling
1 / 13
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 4

This lesson contains 13 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

B1: Verbranding en energie
Th2: Verbranding en ademhaling

Slide 1 - Slide

Doelstelling
  • Je kunt verbranding bij een kaars beschrijven
  • Je kunt koolstofdioxide aantonen met een indicator
  • je kunt verbranding in je lichaam beschrijven

Slide 2 - Slide

ff nadenken

Wanneer je hard fiets of hard rent krijg je het warm.

  • Hoe kan dit?
  • Wat produceert het lichaam?
  • Wat heeft het lichaam nodig?


Slide 3 - Slide

Verbranding van een kaars
Wat gebeurt er bij het verbranden van een kaars?

  • Kijk naar het experiment, waarom gaat de kaars uit?
  • Welke stoffen zijn nodig om een kaars brandend te houden?
  • Welke stoffen ontstaan bij het verbranden van een kaars?

Slide 4 - Slide

Verbranding kaars
Stoffen die nodig zijn:
  • Brandstof: kaarsvet. Een brandstof is energierijk
  • Zuurstof

Stoffen die ontstaan (verbrandingsproducten):
  • Koolstofdioxide
  • Water


Slide 5 - Slide

Verbranding

Brandstof + zuurstof --> koolstofdioxide + water (+ energie)

Slide 6 - Slide

Indicator koolstofdioxide
Een indicator is een stof waarmee je een andere stof kunt aantonen

  • Kalkwater is helder, maar het wordt troebel (melkachtig) als er koolstofdioxide bijkomt

Slide 7 - Slide

Opdracht: Onderzoek
  • Wat gebeurt er met hartslag, ademhaling en lichaamstemperatuur bij lichamelijke inspanning?
  • bedenk zelf een onderzoek (werkplan) om de onderzoeksvraag te beantwoorden
  • voer het onderzoek uit
  • maak een verslag van het onderzoek 
  • Inleveren in SOM

Slide 8 - Slide

Biologisch onderzoek
  1. Probleemstelling
  2. Hypothese
  3.  Benodigdheden
  4. Experiment
  5. Resultaten
  6. Conclusie

Slide 9 - Slide

Samenvatting

Verbranding: brandstof en zuurstof worden omgezet in koolstofdioxide en water

  • glucose is de brandstof
  • energierijke organische stoffen worden omgezet in anorganische stoffen
  • er komt energie vrij (warmte of beweging)
  • 24 uur per dag!

Slide 10 - Slide

Samenvatting

Grondstofwisseling: de verbranding van een organisme in rust

  • o.a. afhankelijk van leeftijd, geslacht en milieutemperatuur


Warmbloedige dieren hebben een hogere grondstofwisseling dan koudbloedige dieren


Slide 11 - Slide

Koudbloedige dieren


Lage temperatuur:

- Lage stofwisseling

- Geen tot lage activiteit


Hoge temperatuur:

- Hoge stofwisseling.

- Nu pas worden ze actiever


Warmbloedige dieren


Lage temperatuur:

- Hoge stofwisseling

- Lichaamstemperatuur moet worden behouden


Hoge temperatuur

- Lagere stofwisseling


Slide 12 - Slide

En dan nu.......

Maken B1

OF

Starten met je onderzoek

Huiswerk:

  • Afmaken B1
  • Inleveren verslagje, volgende 
       week

Slide 13 - Slide